641 De voorzitter wijst op de toen geldende regeling t.w. het K.B. F 67. De woningbouw diende oj^ang te komen. Objectief bezien, was z.i. de onteigening niet onbillijk. Indien meer dan 2/3 van een bedrijf moet worden onteigend dient bezien te worden of het niet billijk is alles te onteigenen. Het lid de Koning antwoordt dat deze regeling alleen geldt indien de ont eigende daarmee instemt of dit eist. De voorzitter antwoordt dat bij de vaststelling der onteigeningsvergoeding er rekening mede werd gehouden dat alles werd onteigend. De grondslag lag in het genoemde K.B. Het lid de Koning voelt er voor deze aangelegenheid toch nog schriftelijk aan het ministerie van wederopbouw en volkshuisvesting voor te leggen. De voorzitter kan hiermede instemmen. Getracht zal worden de kosten ad f.1.100,03 alsnog ten laste van de wederopbouwplanrekening te brengen. Met betrekking tot punt E (verlengen termijn tot 1 maart e.k. t.b.v. J.v.d. Hooft) zegt het lid Eland met het voorstel akkoord te gaan. Verdere verlenging dient echter te worden voorkomen. De voorzitter merkt nog op, dat door verschillende oorzaken b.v. vorst, wel eens stagnatie kan ontstaan. Zonder hoofdelijke stemming wordt besloten conform het voorstel van burge meester en wethouders. De voorzitter licht punt F (onteigening gronden plan noord) nog nader toe. Indien geen overeenstemming wordt bereikt, dient de onteigeningsprocedure te worden voortgezet met vordering betreffende de voorlopige inbezitneming. Zonder hoofdelijke stemming wordt besloten conform het voorstel van burge meester en wethouders. Ook punt G (ontwerpen zwembad) licht de voorzitter nog nader toe. Spreker verwijst naar de bijgevoegde verslagen en adviezen en stelt voor niet tot de bouw van een badhuis over te gaan. De bouw van een zwembad dient z.i. te worden bevorderd. Het lid Eland vindt de kosten daaraan verbonden wel zeer hoog. De voorzitter wijst op de diverse installaties. Naar aanleiding van een vraag van het lid M.P.Leijs zegt spreker dat het de bedoeling is de Nederland se Heidemaatschappij het project te laten maken. Dit is in verband met de ver dere boezemplannen het meest effectief. Dit was ook de gedachte van het lid M.P.Leijs. Zonder hoofdelijke stemming wordt besloten conform het voorstel van burge meester en wethouders. De voorzitter brengt vervolgens de brief van gedeputeerde staten dd. 2 no vember 1955 betreffende migratiereserve woningcontingent ter sprake. Het contin gent 1954/1956 wordt met drie woningen verhoogd. Aangezien reeds eerder werd besloten de particuliere bouw zoveel mogelijk te stimuleren, dient z.i. de aan vankelijke indeling te worden gerectificeerd. In de particuliere sector zullen in 1956 worden gebouwd: 6 woningen door gebrs. Vervoord 1 woning t.b.v. P.T.T. (postkantoor Zevenbergschen Hoek) 1 woning bij brandweergarage (te bouwen door de gemeente) 1 woning voor kraamcentrum 1 woning voor Schipperen te bouwen naast het pand bewoond door architect van Ginderen. De heer Trommelen te Zevenbergschen Hoek had gedacht twee woningen te zul len bouwen. Deze heeft thans een contingent gevraagd voor drie woningen. Naast de zes woningwetwoningen wordt de verdeling voor Zevenbergschen Hoek te hoog. Het komt spreker dan ook billijk voor naast bedoelde 6 woningen, het verdere contingent te Zevenbergen (kom) te realiseren. Trommelen zal dan moeten opschuiven naar het contingent beschikbaar te stellen voor 1957.

Raadsnotulen

Zevenbergen: 1930-1996 | 1955 | | pagina 81