-
444
In verband met het in deze vergadering te behandelen agendapunt m.b.t. de
aanstelling van een tekenaar vreest de heer Leijs moeilijkheden met de bond van
architecten.
Het lid M.P.Leijs dringt er daarom op aan, dat alles in het werk zal worden j
gesteld, dat zoveel mogelijk woningen worden gerealiseerd.
Tot slot vraagt het lid M.P.Leijs aan het gemeentebestuur erop toe te zien,
dat gemeente-werklieden geen werkzaamheden verrichten voor ambtenaren van hoog j
tot laag.
De voorzitter meent dat de verhouding gemeente - wederopbouw zeer goed is
en dat steeds prettig is gewerkt. Niet ontkend San worden dat traag gewerkt
wordt, doch dit vindt zijn oorzaak in het niet rendabel kunnen bouwen, waardoor
particulieren ondanks herhaald verzoek van het College niet tot herbouw over
gaan. Spreker is het met de heer Leijs eens, dat de toewijzing van bouwvolume
gering is, doch daarbij ligt niet de schuld bij de gemeente Zevenbergen, welke
niet in het noodgeb'ied en industrialisatie-gebied ligt.
Niet Wederopbouw wijst het woningcontingent toe, doch Gedeputeerde Staten. Overi-j
gens zijn de laatste maanden 50 tot 60 bouwaanvragen verleend.
Wat de aanstelling van de tekenaar betreft, hierdoor wordt gestreefd de
bouwkosten van woningwetwoningen te drukken hetgeen mede de huur bepaalt. Het
ligt in de bedoeling het voor 1954-1955-1956 toe te wijzen contingent zo spoe
dig mogelijk te realiseren. Pogingen zullen in het weik worden gesteld om tijdig
de benodigde gronden aan te kopen.
Voorts stemt het gemeentebestuur volledig in met de suggestie van de heer
Leijs, dat de gemeentewerklieden uitsluitend worden ingezet voor gemeentelijke
werkzaamheden.
Het lid Eland had graag gezien, dat de protestantse fractie een vertegen
woordiger gehad zou hebben in het College van Burgemeester en WethoudersDeze
fractie is een vrije groep en heeft zitting genomen om het algemeen belang te
behartigen, hetgeen naar eer en geweten wordt gedaan.
Het lid Eland vraagt zich wel eens af: kan het in het gemeentelijk leven
niet beter gaan Hejs woningvraagstuk heeft de heer Leys behandeld. Spreker
vraagt ook voor dit probleem de aandacht van het gemeentebestuur ai dringt erop ij
aan geen middel onbeproefd te laten een grotere toewijzing van woningen te ver
krijgen. In 1946/47 zijn een aantal woningen onbewoonbaar verklaard, welke nog
steeds worden bewoond.
Spreker waardeert de activiteit van de voorzitter, doch door deze voort
varendheid worden wellicht wel eens stukken gemaakt. Spreker dringt er op aan
dat de voorzitter deze activiteit ook in de toskomst zal blijven ontplooien,
doch verzoekt de Haad steeds op de hoogte te houden. Het overschrijden van be
grotingsposten zal dan worden voorkomen.
Het lid Eland meent dat vele posten op de begroting hoog zijn uitgetrokken
en dringt erop aan geen onnodige uitgaven te doen.
Spreker spreekt de hoop uit dat in 1954 veel voor de gemeente zal worden bejj
reikt en dat dit jaar de partijen dichter bij elkaar zal brengen, waardoor een
beter begrip voor elkaar zal ontstaan.
Tot slot wenst spreker het College succes toe voor 1954»
De voorzitter antwoordt hierop, dat het hem verheugt, dat men het belang
der gemeente wil dienen.
Spreker onderschrijft graag de opmerking van het lid Eland inzake krotop
ruiming. Helaas is de tijd nog niet aangebroken om dit te realiseren, doch spre
ker hoopt dat de huidige Minister van Wederopbouw en Volkshuisvesting, die dit
probleem met grote ernst heeft aangepakt hiertoe een oplossing zal vihden in de
komende 5 jaar, welke periode hij zich gesteld heeft voor het oplossen van dit
vraagstuk. Aan de bevoegde instanties is doorgegeven, dat in deze gemeente 70
krotten zullen moeten worden vervangen.