578 Wij hebben dus te maken met 79 woningen, vervolgt de voorzitter, t.w. 28 herbouwgevallen en 14 extra woningen enerzijds en 14 houten noorse woningen, 12 krotopruimingsgevallen en 11 gevallen van vervanging van noodwoningen ander zijds. Hiervan stellen burgemeester en wethouders zich voor 58 woningen te bou wen te Zevenbergschen Hoek en 41 te Zevenbergen. Van de herbouw op dezelfde plaats komen er 5 in Zevenbergschen Hoek en 1 in Zevenbergen. De vraag wordt gesteld of de raad ermede accoord kan gaan, dat de plannen van getroffenen om tot herbouw over te gaan, binnen 1-g- maand ingekomen moeten zijn en om -indien hieraan niet voldaan wordt- over te gaan tot bouw van woning wetwoningen. De heer Leijs merkt op, dat van de gemaakte opstelling zal moeten worden afgeweken als tot woningwetbouw wordt besloten. De woningnood in Zevenbergschen Hoek is niet zo groot als te Zevenbergen; de vraag rijst dus of de gegeven cij fers wel kunnen gehandhaafd worden. De voorzitter zegt, dat zulks naar zijn mening wel het geval zal zijn; het accent moet voor det getroffenen worden gelegd op Zevenbergschen Hoek,zodat al daar voor deze mensen moet worden gezorgd. De heer Leijs misgunt Zevenbergschen Hoek deze woningen niet, doch vraagt zich af of er straks -als de woningen er zijn- genoeg gegadigden voor zullen zijn. zulks o.a. in verband met de vrij hoge huurprijzen. In dat geval zouden de woningen aldaar niet voldoende bezet zijn, terwijl Zevenbergen er als het ware om schreeuwt. De voorzitter zegt dat daarvoor de volgende oplossing is gevonden welleook door het rijk wordt geaccepteerd. Indien getroffenen niet willen herbouwen,doet de gemeente dit en krijgen de getroffenen de kans deze woningen over te nemen. Als dit niet het geval was, zou spreker het met de heer Leijs eens kunnen zijn, omdat deze mensen anders hun claim zouden kunnen behouden. Spreker ziet dit. wel in, doch gelooft niet dat zulks kan worden gepland,tenzij burgemeester en wet houders een ander standpunt innemen. Als de raad dit aan het gemeehtebestuur wil overlaten, zal getracht worden tijdig een modus te vinden, aangezien het anders onmogelijk is voor de architecten om op tijd hun jannen in gereedheid te hebben. De heer Balemans wijst er op dat in het door de heer Leijs bedoelde geval in Zevenbergen woningen zouden worden gebouwd, die voor getroffenen bestemd zijn. De voorzitter reageert door te zeggen dat er te Zevenbergschen Hoek nog enige reserve is in verband met de houten woningen. Het zwaarte-punt van de wo ningnood ligt echter inderdaad in Zevenbergen. Hierbij kan voorts nog worden op- gemerkt, dat de bouwcapaciteit van de grond voor Zevenbergschen Hoek 55 en voor Zevenbergen 44 woningen bedraagt. Dit betekent tevens dat tijdig uitgezien moet worden naar bouwterrein achtei de van Bergenstraat om een volgend contingent te kunnen opvangen. De heer Leijs vraagt of er dan ook rekening wordt gehouden met de open stuk ken grond, welke nog overal in de kom der gemeente verspreid liggen. Deze open i gaten zouden benut kunnen worden om zo weinig mogelijk cultuurgrond aan zijn be- jj stemming te onttrekken. De voorzitter zegt, dat daarmede in de Langenoordstraat reeds een aanvang is gemaakt. Het is echter de bedoeling deze gronden zoveel mogelijk te doen be zetten met premiebouwwoningen, waarvan de bouw zoveel mogelijk wordt gestimuleerd De heer Eland vraagt of in de te bouwen woningen ook huizen voor het grote gezin zijn begrepen, zoals reeds eerder is toegezegd. De voorzitter antwoordt, dat voor Zevenbergschen Hoek een aantal grotere woningen worden geprojecteerd: zulks is ook voor Zevenbergen het geval,hoewel in mindere mate. Opgemerkt wordt hierbij echter dat een en ander ook financieel verantwoord moet zijn, omdat straks bij het innen der huren wellicht bezwaren kunnen rijzen. De raad besluit daarna zonder hoofdelijke stemming overeenkomstig de voor stellen van burgemeester en wethouders.

Raadsnotulen

Zevenbergen: 1930-1996 | 1953 | | pagina 30