334 gesteld zijn. mnkele jaxen geleden zouden de lasten nog te dragen ge weest zijn, doch thans en in de toekomst is zulks niet mogelijk. De vraag lean hierbij rijzen of het niet onredelijk is aah de huitenbewoners die zolang van electriciteit zijn verstoken geweest in tegenstelling tot de bewoners der kommen, een baatbelasting op te leggen. Dé Pnem zou b.v. de tarieven voor alle verbruikers in de provincie b.v. cent kunnen opvoeren; op deze wijze zouden de kosten toch gedekt Kunnen worden. Desnoods zou eenzelfde maatregel kunnen worden genomen metbetrekking tot de verbruikers in de gemeente, waarbij dan de ver hoging op -g cent zou kunnen worden gesteld. Dit lijkt spreker beter dan deze extra last te leggen enkel op de buitenbewoners. Het zou overigens niet zo bezwaarlijk zijn om een besluit te nemen, indien zij, die niet ■wensen aan te sluiten, ook niet in de belasting werden aangeslagen. Het blijkt dat 80 a JQffo tegen aansluiting is en daarom kan spreker niet zijn stem geven aan een voorstel tot electrificatie. De heer Breure merkt op, dat de buitenwijken van Zevenbergen meer dan 25 jaar ten ac.hter zijn. Indertijd werd om aansluiting verzocht, doch dit verzoek werd toen afgewezen omdat de kosten te hoog zouden zijn De voorzitter brengt in het midden dat hetgeen de heren Leijs en Klasen hebben gesteld tot op zekere hoogte aannemelijk is. De op de be volking drukkende lasten zijn inderdaad hoog en het is begrijpelijk dat hieraan bezwaren worden ontleend. De opvattingen van de heer Eland omtrent tariefsverhoging in pro vinciaal of regionaal verband moeten ontoelaatbaar worden geacht. Diet moet worden vergeten dat de Pnem reeds 50$ der kosten voor haar reke ning neemt, hetwelk toch uit de tarieven moet komen, zodat de gehele ge meenschap reeds haar bijdrage levert. Van eventuele pogingen in de geest van de heer Eland kunnen dus geen verwachtingen worden gekoesterd. De heer van Unnik zal graag worden ingelicht of na de te verwach ten afwijzing van het gehele plan nog gelegenheid zal bestaan tot elec trificatie van die wijken, wier bewoners wel voor aansluiting voelen, m.a.w. zou de mem te bewegen zijn om dergelijke gevallen nog afzonder lijk te bezien. De voorzitter meent dat er enkele gebieden zijn die toch wel ren dabel blijken te zijn. De Pnem is bereid de gehele provincie en dus ook I Zevenbergen uit zijn isolement te verlossen. Het huidige plan geeft de gemiddelde kosten voor deze gemeente. Toen later een opzet werd gemaakt door beperking tot de rendabele gedeelten bleek dit weinig verschil op te leveren voor deze laatste gebieden, als zij uit het geheel werden gelicht. De Pnem heeft uiteraard voldoende koopmanschap om zo nodig de meest onrendabele gebieden uit te schakelen en zo dicht mogelijk bij de bebouwde kommen te blijven om te proberen een en ander zover mogelijk in orde te krijgen. Misschien kan van dergelijke pogingen toch nog enig resultaat wor den verwacht, doch spreker koestert dienaangaande weinig hoop. Er moet echter rekening gehouden worden met de mogelijkheid, dat andere gemeenten eerst zullen worden geholpen; eerst daarna zal dan weer met Zevenbergen gesproken kunnen worden. De heer Eland vindt het dan gevaarlijk om de gedachtengang van de heer van Unnik te volgen en begrijpt uit het gesprek, dat Zevenbergen dan niet gauw aan de beurt zal zijn. Bovendien zouden de kosten voor de dan nog niet aangesloten gebieden wederom relatief hoger worden. Spreket stelt voor deze aangelegenheid dan maar te laten uitzièken. De voorzitter stelt vervolgens voor te stemmen omtrent al dan niet aansluiting. De jjjffren van Oers, Breure, van den Bemt, Leijs, Ooyen, van der Made, Klasen en Hofman verklaarden zich tegen, de heren van Unnik, en Sweere veriaaarden zich vdek electrificatie der buitenwijken, ©e heer Balemans bracht een blanco stem uit.

Raadsnotulen

Zevenbergen: 1930-1996 | 1952 | | pagina 65