0'J 'ütH-
f
269
De heer van den Dries merkt op, dat dit voorstel niet nu - doch
tevoren had moeten worden gedaan.
De voorzitter zegt, dat "burgemeester en wethouders een voorstel
aan de raad hebben gedaan; de raad heeft daarop in negatieve zin be
slist, zodat thans een nieuw voorstel ter tafel wordt gebracht, waarbii
dan de raad zich uitspreekt over het motief tot aanblijven van de se-
Cretans,
De heer van Unnik brengt uitdrukkelijk in het midden, dat hij
-kennende de hieraan voor de gemeente verbonden nadelen- niet de gevolgen
voortvloeiende uit het aanblijven van de secretaris voor zijn rekening
wenst té nemen, 6
De hoer van den Dries zegt, dat een dergelijk voorstel, als thans
door burgemeester en wethouders is geschied, niet aan de orde behoeft te
Komen
De voorzitter brengt het voorstel van burgemeester en wethouders
xn stemming.
Na gehouden stemming blijkt dit voorstel te zijn verworpen met 5
tegen 7 stemmen.
Vóór dit voorstel stemden de leden Balemans, van Oers, Breure
van Unnik,Ooijen,
Tegen het voorstel verklaarden zich de leden Hofman, KLasen, v.d.
Bemt, Sweere, Leijs, Eland en van der Made. De heer van den Dries ont
hield zich van stemmen.
De voorzitter legt daarna de volgende verklaring afs
et besluit van de raad heeft mij diep teleurgesteld.
Niet alleen wordt thans van de gemeente een financieel offer geeist,
dat, verantwoord, achterwege had kunnen blijven, dochbovendien wordt
aan de verordening een uitleg gegeven, welke de regering allerminst be
doelt.
Hierdoor wordt de rechtspositie der ambtenaren op wankele basis
gesteld.
Ook organisatorisch zijn burgemeester en wethouders in een impasse
geraakt, gemeente
Voor de jongere ambtenaren die toch al weinig kansen hebben voor
dergelijke promoties, spijt mij dit besluit.
Anderzijds spreekt uit het besluit van de raad een vertrouwen in de
secretaris. Ik vertrouw, dat de secretaris dit vertrouwen van de raad naar
waarde weet te schatten.
Ik behoud mij voor, na mijn gedachten over deze zaak nader te hebben
laten gaan, mijn standpunt hierover nader te bepalen.
XV. RONDVRAAG.
De veerzitter censtateer^T dat geen vragen zijn ingekemen, weshalve
werdt evergegaan tet
XVI SLUITING.
De vergadering werdt met het bij artikel 4, 2e lid van het reglement
van erde veer de vergaderingen van de raad veergeschreven gebed gesleten»
Aldus vastgesteld in de epenbare vergadering
van
De veerzitter,
esvA (H.EoM.öchaml
J6Ê secretaris,