268 De heer van Unnik kan het met dit voorstel van burgemeester en wet houders volkomen eens zijn. Spreker vindt het jammer, dat de secretaris niet uit eigen beweging ontslag heeft gevraagd, zoals voor de hand zou hebben gelegen. Hiervoor zal de secretaris echter wel reden hebben ge- had. Er is heel wat moeten gebeuren en er is heel wat gestreden moeten worden voordat een behoorlijke pensioen-regeling is tot standgebracht, Hu dit is bereikt is het onjuist om bij het bereiken van de pensioen gerechtigde leeftijd een uitzondering op de voorschriften omtrent ont slag te maken. De overgang naar een minder gunstige financiële toekomst, die daar van een gevolg is, is voor velen weggelegd en spreker heeft datzelfde eveneens meegemaakt. Daarom neemt spreker het standpunt in, dat men op tijd moet weten te gaan om plaats te naken voor jongeren. Dit is ook in dit geval nodig. Spreker vraagt zich af of het niet van het allerhoogste belang is, dat de secretaris heengaatj de voorzitter heeft gemeend dienaangaande weinig te moeten zeggen en wellicht doet spreker er goed aan ook niets te zeggen. De zakelijke verhoudingen tussen de burgemeester en de secretaris kunnen niet best genoemd worden en men zal de feiten moeten nemen zoals ze zijn. Verwacht mag worden dat de raad nu zal zeggen dat dit het ge- eigende moment is om daaraan een eind te maken. De leden van de raad hebben onder ede beloofd de algemene belangen van de gemeente te zullen dienenj men kan het er over eens zijn, dat de secretaris als mens hoog moet worden aangeslagen, niettemin legt de af gelegde eed de verplichting op om in het algemeen belang het voorstel van het gemeentebestuur te aanvaarden en spreker is de vaste overtui ging toegedaan, dat het algemeen belang daarmede het best zal ziin so~ diend. d 6 Spreker had liever gezien, dat de secretaris zelf zijn ontslag had. gevraagd. Nu het anders gelopen is zal spreker -ondanks het pijn lijke van deze kwestie- zijn stem aan het voorstel van burgemeester ^n wethouders geven. De voorzitter vraagt of nog andere leden het woord verlangen. Nadat blijkt dat dit niet liet geval is vraagt de voorzitter of de leden van de raad met het voorstel van burgemeester en wethouders accoord kunnen gaan» De heren van den Dries en Leijs antwoorden ontkennend. De voorzitter brengt daarna het voorstel van burgemeester en wet houders in stemming. Na gehouden stemming blijkt dat dit voorstel met 5 tegen 8 stemmen is verworpen. Vóór stemden de leden Balemans, van Oers, Breure, van Unnik en Ooijen. Tegen stemden de leden Hofman, Klasen, van den Bemt, Sweore, Leijs, Eland, van der Made en van den Dries. Nu de raad aldus heeft besloten zegt de voorzitter dat burgemeester en wethouders voorstellen om als motivering voor "zeer bijzondere geval len" te doen aanmerken de persoonlijke financiële nadelen, welke voor de gemeente-secretaris voortvloeien uit zijn ontslag per 1 December 1S51, waardoor zijn inkomen terugvalt van f8600,op f. 48OO,

Raadsnotulen

Zevenbergen: 1930-1996 | 1951 | | pagina 41