256 De heer van Unnik vindt dit wel heel erg, doch zal er zich noodgedwongen "bij neerleggen. Ten aanzien van het aan A.P. van Boxel te verkopen per ceeltje, zegt de heer Leijs dat bedoeld strookje is gelegen op de grond, die in pacht is bij van Heijst. Hierover is in het verleden veel te doen geweest, waarom de vraag rijst of verkoop geen moeilijkheden zal opleveren. De voorzitter meent deze vraag ontkennend te kannen be antwoorden; de huurder zal dit moeten toestaan, bij gebreke waarvan de gemeente zekere maatregelen zou moeten treffen. t De heer Leijs, die in een vorige vergadering reeds heeft! gesproken over de verkoop van grond aan Schouwenaars, consta-I teert met voldoening, dat burgemeester en wethouders ten deze een tegemoetkomende houding hebben aangenomen; niettemin vindij spreker het nog al erg, dat - nu aan Schouwenaars slechts f.2,-, resp. f.o,75 voor dé van hem onteigende grond wordt vergoed - door de gemeente f.3,- voor de nieuwe grond wordt in rekening gebracht. Haar sprekers mening mogen ingevolge de onteigeningswet de betrokkenen geen nadeel ondervinden. De voorzitter deelt mede,- dat de te verkopen grond gele- 1 gen is buiten het basisplan. Inderdaad behoren onteigende gronden aan de voormalige bezitters te worden teruggegeven te- •gen dezelfde prijs, als waarvoor zij onteigend zijn, tenzij klimaatverbetering is ingetreden. Gaat men echter gronden verkopen buiten het basisplan* - dus niet-onteigende grond - dan komt men'in de particuliere! sector en zal men dus normaal moeten kopen. De heer Leijs is zulks wel duidelijk, doch stelt 1dat Schouwenaars niet op de oude plaats twee woningen kan I bouwen, 2. dat zulks ook niet mogelijk is in de thans bestaande kom, 671 1 3. dat de te verkopen grond niet zo erg aantrekkelijk is. In verband hiermede zou spreker deze grond-verkoop als een uitzonderlijk geval 'villen beschouwen. De voorzitter wijst er op, dat een soortgelijk geval zich reeds eerder voordeed met betrekking tot de bouw van de kosterswoningook hiervoor werd een normale koopprijs be taald, zodat het onderhavige geval geen aanleiding geeft om het als uitzonderlijk te beschouwen. Wellicht zou echter go- tracht kannen worden ter zake iets te bereiken bij het mini sterie van wederopbouw en volkshuisvesting. De hoer Leijs geeft in overweging te willen bezien of in; deze nog faciliteiten kunnen worden verleend, omdat de kans niet denkbeeldig is dat er geen woningen zullen worden ge bouwd, omdat de financiering te zwaar"wordt. De voorzitter stelt voor om onder deze restrictie in -6e stemmen met de voorstellen. Hiertoe wordt met algemene stemmen beskoten. TOT V' Tv VA1T DDI! ?3R- 71. VOOHSTI 2 -Ti 17 li l'-'QÏD _gA j 0. 17XT. vu. PT-: ottho 193?.

Raadsnotulen

Zevenbergen: 1930-1996 | 1951 | | pagina 29