//êY
Met betrekking tot de eerste vraag antwoordt de voor
zitter, dat oorspronkelijk ook het plan was om 10 woningen
te bouwen, doch de Minister van Wederopbouw en Volkshuisves
ting heeft bij zijn bezoek aan Zevenbergen de suggestie
gedaan, het plan tot 25 woningen uit te breiden. Voor een
object van 25 woningen zal eerder volume worden toegewezen
dan voor 10.
Op de tweede vraag antwoordt de voorzitter, dat welis
waar een flink stuk cultuurgrond gaat verdwijnen, doch we
moeten dit plan ook zien uit een oogpunt van stadsontwikke -
ling. Eer ontstaat een aardige wandelstraat, terwijl een en
ander zo attractief mogelijk gemaakt moet worden voor par
ticuliere bouwers.
Zonder hoofdelijke stemming wordt besloten overeenkom
stig het voorstel van Burgemeester en Wethouders.
VIII VOORSTEL TOT ONTTREKKING aAN HET
OPENBAAR VERKLIK VAN HET DOELENSLOP.
XIV VOeRSTEL TOT WIJZIGING VaN HET RAADS
BESLUIT dd. 2^ DECEMBER 19M-9 TOT
VERKOOP VAN GROM). GELEGEN aaN DE
PRINS HENDRIKSTRAAT.aAM P.SCHIPPEREN
De Voorzitter zegt deze agendapunten tezamen te zullen
behandelen, omdat aan beiden de voergenomen garagebouw van
P.Schipperen ten grondslag ligt.
Op de vraag van de heer Leijs, betreffende de belangen
van de heer Kuenen, zegt de Voorzitter, dat betrokkene w
rechtens geen recht van overloop ter plaatse bezit. Boven
dien heeft Kuenen nog altijd een uitgang naar de Prins Hen
drikstraat. De heer Schipperen dient door de bouw van een
garage mede het algemeen belang, waarvoor in dit geval de
uitsluitend particuliere belangen van de heer Kuenen moeten
wijken.
Met algemene stemmen wordt besloten overeenkomstig
de voorstellen van Burgemeester en Wethouders. -l
IX VACATURE IlfmPCOMMISSIE TOT WERING
VAN SCHOOLVERZUIM.
De heer Eland vraagt, of de voordracht buiten de com
missie is opgesteld, terwijl de heer Leijs gaarne de namen
wil weten van hen, die oorspronkelijk door de commissie zijn I
voorgedragen. De Voorzitter licht een en ander toe, er op
wijzend, dat van de zijde van het gemeentebestuur bezwaren
zijn gerezen tegen een eventuele verkiezing van de gemeente
bode tot lid van de commissie, zulks in verband met de uit
oefening van zijn functie. Uiteindelijk heeft de commissie
het opmakeh van een voordracht aan Burgemeester en Wethouders
overgelaten.
Na stemming blijkt, dat op de heer van den Dungen zes
en de op heer van Etten vijf stemmen zijn uitgebracht, zodat
eerstgenoemde tot lid van de commissie is benoemd.
De Voorzitter merkt op, dat Burgemeester en Wethouders
deze benoeming nog nader zullen bezien, zulks met het oog
op de functie van de heer van den Dungen als gemeentebode.