/wA
?L,o Sle ?telt voor de subsidie aan het culturele
levente bepalen op f. 1500,-. Het zal door de commissie
op prijs worden gesteld, indien de verdeling der subsi-
atid wordt- behandeld, alvorens tot verdeling
wordt overgegaan. aeaaxig
Hoewel men het nut inziet, dat harmonieën ai zangverenigin
gen worden gesubsidieerd, acht men het niettemin nodigt
dat ook andere dan genoemde verenigingen en stichtingen
in de subsidiering worden betrokken.
11. In verband met het steeds stijgen van £e verpleegkosten
d®r Hsrankzinnigen, meent de commissie, dat het noodzake
lijk is, dat op korte termijn wordt bezien, van welke
personen verhaal mogelijk is, terwijl eveneens dient te
worden bezien of verhaal niet plaats vindt van personen,
die tot het verlenen van een bijdrage niet in staat zijn.
,De heeT van Unnik,voorzitter der commissie, licht nog toe
dat de commissie zich er in hoofdzaak toe bepaald heeft na te
?n)dS ln 5oeveri:e en waarom deze begroting afwijkt van die voor
19^9? mede, omdat het eindcijfer voor 19*+9 f. 98OOO,- hoger
ligt dan het vorig jaar.
De voorzitter dankt de commissie voor het uitgebracht
rapport en wil, alvorens gelegenheid te geven tot het houden
can algemene beschouwingen allereerst het antwoord van B en W
geven op de opmerkingen der commissie.
1. De sociale avondscholen moeten geacht worden nijverheids
onderwijs te geven, hoewel dit niet in overeenstemming
met de nijverheidsonderwijswet is, B.en W.hebben aanvankelijk
§e®e®nd die subsidie te moeten toestaan, doch in verband
met het begrotingsbeeld werd de oorspronkelijke raming
ges chr ap t
2. Hoewel ook het gemeentebestuur uiteraard een openoog heeft
voor de jeugdvorming menen B.en W.dat dit op de allereerste
plaats een taak is van de kerken.
3. Voor de door de commissie gegeven sugestie is inderdaad
wat te zeggen.
B.enW. gaan ten dez^e accoord met de commissie.
5. Alsvoor; eerst dient echter contact te worden opgenomen
met de plaatselijke artsen die de noodzakelijkheid of wense
lijkheid het best kunnen beoordelen.
6. Hieraan is en wordt de nodige aandacht geschonken waarbij
opmerking verdient dat wederkerig van de aannemers nog grote
bedragen zijn in te vorderen eveneens over de jaren onmid
dellijk na de bevrijding.
7. Ook deze aangelegenheid heeft de aandacht van B.en W.;
er wordt echter nog even een afwachtende houding aangenomen,
mede in verband met de komende reorganisatie van het gas-
bedrijf; daarna kan een en ander beter beoordeeld worden,
o. Inderdaad is de post onderhoud begraafplaatsen lager ge
raamd dan het vorig jaar; dit behoeft echter geen aanlei
ding te zijn tot minder goed onderhoud, vooral nu nog een
gedeelte van de dienst 19^-9 kan worden verwerkt.
9. Aanvankelijk hadden B.en W. zich voorgesteld de subsidie
bedragen voor het kleuteronderwijs op te trekken tot de
hoogte.van de vergoeding ex art. 101 der L.O.wet 1920
voor wat het gewoon lager onderwijs betreft.