XIV. HST 7 0 OR STEL TOT HET INHOUDEN YM COÜPON-
^iLASTÏMfl M A-LbE MI)S &E5:Eom El HOG TH
SLUITEN GSLDIEE?Tji!G¥in"
Burgemeester en Wethouders deelenmede, dat in verband met
de laatstelijk plaats gehad hebbende wijziging van de wet tot
heffing eener coupon-belasting het noodig is geworden, de inhou
dingsbevoegdheid ten an zien dezer belasting verder uit te brei
den dan zulks tot heden het geval was.
Vanaf heden zullen ook onder het bereik der coupon-
belasang vallen, om. de onderkandsche geldleemingen, teFwijl
daarentegen van belastingheffing zullen uitgesloten blijven
de van het Rijk ontvangen voorschotten ter uitvoering van Woning
wet, handarbeiderswet a.a„. Een en ander is nader uiteengezet
in bijgevoegd schrijven van de Vereeniging van Nederlandsche
Gemeenten, welke vereeniging zich met het betrokken Departement
heeft verstaan omtrent de vraag welke leeningen thans alsnog
onder het bereik van de coupon-belasting waren gebracht.
Zij stelle n den raad voor, alsnog te besluiten tot inhouding van
het dezerzijdsch verschuldigde bedrag aan coupon-belasting
op d e wegens onderhandsche geldleeningen te betalen rente.
Zonder hoofdelijke stemming wordt met algemeene stemmen dien
overeenkomstig besloten (zie dossier-/l ,714)
XV. HET VOORSTEL TOT GOEDKEURING EENER BEGROO/
'l'lNGSTOZÏ&IflG ËtffiGEftLlJg iHdViDESTuQT1959
Burgemeester en Wethouders deelen mede, dat zij over
eenkomstig het bepaalde in art. 182 der gemeente-wet den Raad
ter goedkeuring overleggen een besluit van het Burgerlijk Arm
bestuur dezer gemeente tot laatste wijziging zij&er begroo-
tmng over het dienstjaar 1939, nadat hierdoor bereids van Ged.
Staten de noodige machtiging verkregen werd.
I'othoofdelijke stemming overgaande, wordt met algemeene stemmen
dienovereenkomstig besloten. Buiten stemming is de heef v.d. Put.
(zie dossier-/l.842.5)
XVI. HET VOORSTEL TOT INSTELLING VAN EE'N E ECHTS-
V ORDERING
Burgemeester en Wethouders dffelen mede, dat blijkens bij-
behoorende bescheiden door P.A.C. van As, veekoopman wonende
te Dordrecht, in den loop vandit jaar een lantaarnpaal van het
gemeentelijk gasbedrijf werd vernield, tengevolge van een
aanrijding met een vrachtauto, waardoor aan genoemd bedrijf
een schade werd veroorzaakt van 45.45
Terzake werd rechtskundig advies ingewonnen van Mr. Doeleman,
alhier, aangezien de dader niet de schade wilde vergoeden, of
schoon het op grond van getuigenverklaringen vast stond, dat
het feit door hem gepleegd was.
Blijkens het hierbij overgelgde advies van Mr. Doeleman komt
deze hierin tot de conclusie, dat het instellen van een civiele
vordering groote kans van slagen zal bieden, aangezien het
gepleegde feit uit hoofde van getuigenverklaringen voldoende
bewezen kon worden geacht.
Zij stéllen den Raad derhalve voor, overeenkomstig het advies
van Mr. Doelaman te besluiten tot het voeren van een rechtsge
ding tegen P;A.C. van Asvoornoasmdtot richtige voldoening
vande toegebrachte schade.
Op voorstel van den voorzit+er wordt besloten ten anzien dezer
aangelegenheid besprekeingen in geheime vergadering te houden
na afhandeling der agenda. Aldus wordt besloten.