s^ftïrïsrs^ js
869
voorschot^oor^ld^doel aansta vragen. vaststelllng
over.
30. Van den Bond van Caféhouders te Zevenbergen, dd. 22 Juni 1938,
houdende verzoek verlaging Personeele belasting (Grondslag bil
jartten)
Voorsstel B. en W.: Afwijzend op het verzoek te beschikken, met
het oog op de noodlijdendheid der gemeente.
De heer Nelemans merkt op dat er momenteel vele biljarts
weg zijn. Hij is van meening dat de raad door verlaging van di9
belasting, zal bereiken dat de biljarts teruggezet zullen worden,
en dat zoodoende meer belasting geind kan worden. Volgens spreker
heeft een caféhouder een biljart^ook niet voor zijn eigen plezier;
het is een meubel dat in elk café thuis hoort. Hij is van meening
dat men de caféhouders ook eens tegemoet dient te komen. Een rede
lijke belasting mag opgelegd worden, doch niet zoo»n buitengewoon
hooge
De voorzitter sluit zich hierbij^ aan. Voor 1 Augustus
dienst deze zaak onderzocht te worden. Hij zal eens nagaan hoe het
in andere noodlijdende gemeenten is. Hij stelt voor B. en W. met
het onderzoek te belasten.
De heer van Unnik is van meening dat de biljarts toch wel
terug zouden komen. De meeste leden betwijfelen dit echter.
De heer de Heer xx&xgfc zegt dat B. en I. er dus gunstig
tegenover staan, als er meer opbrengst komt door verlaging.
De voorzitter ontkent dit, en zegt dat B. e n W. gunstig
tegeover een billijke belasting staan, ook al zou die lager zijn
dan de huidige.
Besloten wordt dat B. en W. een onderzoek op korten ter
mijn zullen instellen.
31. Van C. Hui jpersgemeente-reiniger £e Zevenbergen, dd. 27 Juni
1938, houdende verzoek om een toelage op toe te kennen pensieen.
Voorsstel B. en W.dit verzoek in hunne handen te stellen om
advies. Aldus wordt besloten.
De heer de Heer mokt op, dat dit weer een herhaling is
van het vorige. Hij is van meaning dat Zevenbergen toch wel op
bijzondere stèèfmoederlijke wijze door den Haar wordt behandeld.
Hij gint het Buijpers van harte. Hij is er van overtuigd dat zoowel
de steunterkker als de Voorzitter mishandeld worden. Een beslissing
op het verzoek wordt uitgesteld tot de volgende ik
De heer B.A. Ooi jen merkt nog op, dat hij een behoorlijk
bestaan voor iemand die de gemeente langen tijd zoo trouw gediend
heeft, alleszins billijk vindt.
raming wan afrastering met ligustrumhaag, ter-
In deze raining is nog bestaat deze afscheiding in
wijl daarnaast de^ feloopt evenwel volgens raming
beton uit te voeren. Deze laat 7C-0 meer terwijl bovendien
van den gemeent®"opzich^®ïVoerlnf, zich minder goed aanpast aan de
deze laatste wijze van 0 dPZe reden meenden zij de
landelijke omgeving der woninggroep, to ^z^^str4irihaag.
voorkeur te moeten geven aan_u - t c2 der Woningwet stel-
Overeenkomstig het ^paalde^0^ te verleenen en
len zij den Raad voor het ge ingev. afct. 36 der wet Rijks-
tAöaliiltkfetiMd tot hetzelfde bedrag mg0*.