- --- r 7i r r :'J: - v" -,J OEÏJjóRHaLER 'TÓT 1 MEI 1937 WoftM OEgciIöRST. d, ,,5 linsbtp'i'ov -a Last r c ,on oQfl .ism jsJtfrefflo esiftvo aaAVOOlgac is£ ex ff,iixi-n0 3-^ O-.,t-?:< -T d sot ;oo •.••v.rrr;: dow^ne ler-ïlsoo v su. ic. rj'.:0 's. - ro.xxmvo flodolf jrane.r,flV l9ts^,ov Jsrf r rv >tT mur ,n c.v; T5?*ifiOW TSii IIIV J - n^(;:,n ~991.0(J Bin --bw ns>"-sib at iavo sxnsamsg IT3( -^WOillOL-ilO fit? - XI ..,b d-ennj .-IS6 «V-Jij >ö»;.wn ■rxoov ot ioov enovat N-<v i e;l bIoos o od eind"bosv a t r o/t tbioff nommoVe one* tsleacf fcnojglov en xsN •«ft ::i%;i9V9..; ftt«99fiB98 19' 5 f lateioov ieil q<> fe±&3 VI f i" r - - 757 - HET VOORSTEL TOT GEDEELTELIJKS RESTITUTIE VAL VERLOFSRECHT T936/1937 AXtHSTSfl VERLOMOtTDEft Burgemeester en Wethouders deelen mede, dat blijkens overge- legd schrijven J.P.van der Made, cafehoftder, wonende te Zevenbex gen, wijk C N§ 149, gedeeltelijke teruggave verzoekt van betaald verlofsrecht over 1936. Het aan hem verleend verlof A werd bij hun besluit dd. 28 Juli 1936 op eigen verzoek ingetrokken. Krachtens het bepaalde bij art. 46, 4e lid, juncto art. 25, 4e lid, der drankwet, wordt den houder van een verlof - indien hij bij een door hem ohderteekendte verklaring daarvan afstand doet - zooveel vierden van het betaald verlofsrecht teruggegeven als het aantal kwartalen bedraagt, waarin van het verlof geen g« gebruik werd gemaakt. Zij hebben mitsdien de eer den Raad voor ie stellen om J.P. van der Made drie-vierde gedeelte van het door hem betaalde verlofsrecht, zijnde 25,-, alzoo 18,75 terug te ëeven. Met algemeene stemmen wordt dienovereenkomstig besloten. L XI HET VOORSTEL TOT WIJZIGING DER GEMEENTBBEGROOTING 1936. *j Burgemeester en Wethouders deelen mede, dat blijkens overge--' legd rapport aan deze gemeente, naar aanleiding van het onder- zoek der gemeente-rekening 1935, is toegekend: a. een bijdrage in de kosten der gemeentehuishouding; b. een extra-bijdrage uit het Werkloesheidssubsidiefonds; c. een belasting bijdrage. 1 In verband met bovengemelde witkeeringen moeten de begroo tingen 1936 en 1937 worden gewijzigd. Zij stellen den Raad voor de wijzigingen aan te brengen oveir- eenkosmtig de zienswijze van den Minister van Binnenlandsche Zaken. Met algemeente stemmen wordt dienovereenkomstig besloten {zit i dossier - 2.07,352.11). XII KONINKLIJK BESLUIT DD. 31 DECEMBER 1936, N8 76, WAAR BY HET RAADSBESLUIT 'TOT BENOEMING VAN EEN METEROPNEMER- Ingevolge de door hen gedane toezegging, leggen Burgemeester I en Wethouders den Raad overeen agschrift van het Koninklijk Be sluit dd. 31 ^ecember 1936, N2 76, waarbij het besluit van den J Raad dd. 4 December 1936, tot aanstelling van een meteropnemer- j geldophaler is geschorst tot 1 Mei 1937. De heer Vermeulen zegt, dat het de bedoeling is in deze ver gadering een commissie te benoemen uit de meerderheid van den Raad; het komt hem voor dat Gedeputeerde Staten en den Minister veel te eenzijdig zijn ingelicht; spreker wenscht daarom een commissie met een deskundige en wil tevens Burgemeester en Y/et- houders verzoeken den Minister naar waarheid in te lichten. De Voozitter merkt op, dat gezegd is, dat een en ander het G.O. niet was gepasseerd; uit de notulen blijkt echter, dat het wel degelijk in het G.O. is behandeld. De heer B.W.Ooijen merkt op,

Raadsnotulen

Zevenbergen: 1930-1996 | 1937 | | pagina 5