728 - Met algemeene stemmen wordt besloten overeenkomstig het voorstel van Unnik; de heer Korteweg bleef buiten stemming. Overigens blijkt de raad accoord te gaan met het voorstel van B.en W.;voor wat be treft de posten, door den heer van Unnik genoemd, zegt de voorzit ter, dat ook B.en W. het betreuren, dat men bij werkverschaffing steeds aan bepaalde bedragen gebonden omdat men zich vastklampt aan hetidee, dat steun voordeeliger is dan werkverschaffing; het verschilt ongeveer de helft .Be heer van Unnik vraagt er nog bij het subsidie voor de commissie voot werkverruiming; spreker wil deze gehahdhaafd zien; de commissie heeft goed werk verricht en doet dat nog; indien ze er niet was, zegt spreker, dan zou het in Brabant nog veel erger zijn geweest. De voorzitter merkt op, dat de commissie bij diverse werkverschaffingen wordt gehoord; wat betreft i het voordeelig saldo, daarop stelt de commissie zich in; het is dus geen gezond standpunt, dat de accountant te dien aanzien in neemt. De raad gaat hiermede accoord.- XIV HET VOORSTEL TOT NIET-WEDERINYQERING VAN MARKTGELDEN- Burgemeester en Wethouders aeelen mede, dat in een der vorige vergaderingen van den raad werd Voorgesteld, over te gaan tot we- der-invoering van de heffing van marktgelden. In dit verband nemen zij de vrijheid, den raad er op te wijzen,dat de verordening dd. 20 Januari 1920 tot heffing van marktgelden bij besluit van 1 Augustus 1930 is ingetrokken. Hierbij zat voor, de overweging, dat door de tarieven de markten allengs minder be zoek en kooperstrokken. De raad was mede van oordeel, dat intrek king dier verordening een opleving van de jaarmarkten en van de z.g. Donderdagsche beursmarkt zou tewegg brengen. Dit doel is. h.i. in meerdere of mindere mate bereikt. Aangezien deze motieven haan hunne meeninfe thans nog gelden, hebben zij de eer voor te stellen, vooralsnog niet tot wederinvoe ring van marktgelden over te gaan.- De raad &aa± hiermede accoord. De heer de Heer merkt op, dat de plaatselijke winkeliers geen stap buiten de deur doen of het kost geld, terwijl de marktkooplieden alles graitis kunnen doen. De Voorzitter wijst er op, dat, wanneer heffingen moeten geschieden, de kooplieden iifi meerdere of mindere mate geweerd worden,terwijl het juist de bedoeling is, de markt aantrekkelijk te maken; beurs- bezoek en paardenmarkt worden er z.i. door bevorderd; het is als 't ware de aankleeding van de markt, zegt spreker. Met algemeene stemmen wordt vervolgens besloten overeenkomstig het voorstel van B.en W.- XV HET VOORSTEL TOT WEDERTOBKENNING- VAN EEN BRANDSTOBBENTOE SLAG AAN WERKLOOZBN VOOR DEN A.S. WIETER.- Burgemeester en Wethouders deelen mede, dat dezer dagen is te verwachten, een circulaire van den Minister van Sociale Zaken be treffende het toekennen van brandstoffentoeslag. Naar alle xHiwaarschijnlijkheid zal de periode van 26 October 1936 tot en met Maart 1937 loopen. Om niet in moeilijkheden te komen en een besluit van den Raad af te wachten tot de volgénde vergadering, daar dan de periode reeds zal zijn ingegaan, stellen zij den Raad voor, evenals vorige jaren te besluiten, bij het eventueel verschijnen van bedoelde circulaire het verstrekken van brands tof fenbijslag aan ondersteunden uit te keeren in geld tot een bedrag, overeenkomstig de ministeriëele voorschriften en gedurende het door den minister te bepalen tijdvak De heer van Unnik gelooft, d^t B.en W. het beter aanvoelen dan de Minister van Sociale Zakeng hij verzoekt tevens uitbreiding tot Kerstgave, kastoeslag, enz. Met algemeene stemmen gaat de raad accoord met het voorstel van B.en W.,zoomede met de uitbreiding, bedoeld doof den heet van Unnik-

Raadsnotulen

Zevenbergen: 1930-1996 | 1936 | | pagina 58