521+
- as -1 fif 1fcWP«ta - ©v Moisnev© vnXb
r -"f 7 ilr ssotf
Mpo "•©V toov i'■e-orh icB'td'neO naV Y£
n-// gniaim- ieV ieb
0^91 ?;rt- ■■*-'>■■■■'■, - 9<T^".»T'ocf;-'r- tncA
i onanJtr
iBsac'Csnoltf
*4 - +otorfrr )rfnp esiGvlb fiBV n ©gni #ib£2I,ïöV
Ls?°r iri^ensif) 3©d
jnilleX838BV ehrtebuorf
i3sever urlsVIov gBlsteV IS
"edsiooV
"hK-? »<L_ rfeilduleal* sgllBnnoov [3 x gQj^
BtooV
r r j ^.*n f- umtntV ~an£ii - 'l'*; u v GOö
-
ft «Lt-et^rf t,Janoov ,*M inrt 31
lisaiarooauO i#ó selvba led
3o3
ö-iia ftsy ès
Iö3eiooV
^ciUrfoUS ©b
„rhao9* o 3rd' 3sm <neli' i»d
Cii r' r,j».iob£on3.V.'.r, rthV Ic
TV HHP VOORSTEL TOT WIJZIMKO TIER VSRHAA.LSVSRORD3OTUO
PENSIOENSBIJDRAGEN-
Burgemeester en Wethouders deelen mede, dat ten gevolge van
de wijziging der Pensioenwet 1922 in zake het imperatief stel
len van het pensioenverhaal, welke wijziging op 1 Juli aas.
in werking treedt, het noodzakelijk is, de vigeerende verorde
ning dd. lij. Maart 1921+ in te trekken, voor zoover het verhaal
voor eigen en weduwen- en weezenpensioen betreft.
Het pensioenverhaal zal alsnu, naar gelang een Gemeentebe
stuur, hetzij niet, hetzij gedeeltelijk of ten volle, gebruik
heeft gemaakt van zijne bevoegdheid om tot verhaal van pen
sioensbijdragen diver te gaan, met een percentage van lg tot
m&ZiTstellen3mitsdien den Raad voor, tot intrekking der des
betreffende bepalingen van bedoelde verordeniiig over te gaan.-
Met algemeene stemmen wordt dienovereenkomstig besloten.-
V HET VOOR&TET. TOT WIJZIGING DER JAARWEDDEN SN LOONEN
TB VTüRB&wn MET HET IMPERATIEF PENSIOENVERHAAL VAM 10%
INGAANDE 1 JTJLI 195ll-) •-
Burgemeester en Wethouders deelen mede, dat blijkens hierbij
overgelegde stukken de hoofdbestureh van den Ned. Bond van
Gemeenteambtenaren en de Algemeene R.K.Ambtenarenvereeniging,
alsmede de boekhouder en de schrijfster der Gasfabriek, ver
zoeken maatregelen te willen bevorderen, dat alle ambtenaren
eem. compensatie zullen vinden ten gevolge van het verplichte
verhaal van pensioenbijdragen ad 10%, wsïk hetwelk zal ingaan
°PTot op heden werd het maximum aan pensioensbijdragen ad
op de salarissen en loonen der ambtenaren verhaald, zoodat
dit verhoogde verhaal van pensioensbijdragen practisch neer
komt op een nieuwe salarisverlaging van lf$.
In het mede overgelegd schrijven van den Minister van Bin-
nenlandsche Zaken dd1 Juni 19$k g0eft deze uitdnukkelijk te
kennen, dat het verhoogen wn imperatief stellen van het pen-
sioensverhaal geenszins de bedoeling heeft de salarissen te
treffen, doch alleen beoogt, het verkrijgen van uniformiteit
in het verhaal van pensioensbijdragen.-
Hij geeft daarom in overweging, indien de salarissen reeas
zoo laag zijn, dat deze niet verminderd kunnen worden, ze met
ingang van 1 Juli e.k. te herzien in dier voege, dat de op
dezen datum ingaande verhoogde aftrek voor pensioensbijdragen
wordt gecompenseerd door een salarisverhooging.
Waar inderdaad in deze gemeente de salarissen ruimschoots
zijn verlaagd en zeer zeker geen sprake kan zijn van een «xxx
exces in den geest van het rapport Schouten, stellen zij den
Raad voor, de salarissen en loonen van het gemeentepers one el
met ingang van 1 Juli 193^- me^ *"e verboogen.-
De Heer Huitkar vraagt hoe het zit met de 7g/° korting; hij
vraagt of zulks al goedgekeurd is. De Voorzitter antwoordt
ontkennèndDe Heer Huitkar vindt het dan beter/ maar te wach
ten. De Voorzitter merkt op, dat bij die korting de toestand
juist zal worden onder de oogen gezien, zoodat dit los daar
van moet worden beschouwd; Ged. Staten kunnen dan met dit be
sluit rekening houden. De Hear Huitkar merkt op, dat, als hij
het goedbegrijpt, de Raad geen xaggisx medezeggenschap heeft.