hulzen met de hoogste huren; het voor te stellen of de werkloo
zen met een huurcommissie klaar zijn, is verkeerd, want dat is
niet waar De Heer SmüssÊt Schmitz denkt meer aan het algemeen,
ook aan anderen; hij heeft niet een "bepaalde categorie voor.
De Heer van ünnik zou niets liever zien dan een Huurcommissie;
de Heer Schmitz zegt echter zelf, dat het in verhand is metit
den steun, welke verminiaderd was. De Voorzitter vindt, dat de
beslissing der Regeering gerust kan worden Êfgewacht; alleen
voor Zevenbergen zal wel geen Huurcommissie worden ingesteld;
indien daarover geadresseerd moet worden is de vereeniging van
Nederlandsche gemeenten het aangewezen lichaam. De Heer Schiks
zegt, dat de huren zwaar wegen bij den werkman en ook bij den
Middenstand; het ligt z.i. op den weg van het Dag. Bestuur,toe-
slagfc te verleenen voor zekere noodzakelijke uitgaven; sinds de
Huurcommissie weg is, zegt spreker, wordt hier misbruik gemaakt
door de huren op te 3-agen; ook voor wat betreft de waterleiding
hebben de verhuurders hun woord niet gehouden; de huren zijn
hier opgejaagd van 32 stuiver tot f. 2.-- per week; nu de in
komsten zoo slecht zijn, behoort op éen of andere manier hulp
te worden geboden; de winter staat voor de deur; de middenstand
is even diep nat als de werkman; de toestand is thans zoo, dat
de vereenigingen een verzoekschrift tot het Gemeentebestuur heb-|
ben gericht,en dat is wel uit hoogen nood voortgekomen; hij
vraagt het Dag. Bestuur, welken weg het uitmoet met die nood
lijdenden, en vraagt of daar geen weg op te vinden is. De Heer
Smits merkt op, dat huuropdrijving slechts door een enkeling is
geschied; voor wat betreft de waterleiding, dragen de oude
Raadsleden de schuld; zij hebben, door aansluiting verplichtend
te stellen, den werkman gedupeerd. De Voorzitter wijst er op,
dat men van gemeentewege de middelen mist; een huurtoelage zou
gevraagd kunnen worden. De Heer van Unnik vindt een huurtoeslag
best; a.s. Dinsdag zal achter vanwege de diverse vereenigingen
een conferentie plaats hebben met E.en T?.; hij wil zulks liever
afwachten, waarna B.en W. met een voorstel kunnen komen om aan
de Regeering daarin subsidie te vragen. Aldus wordt besloten.
De Heer Huitkar vindt voor sommige huizen de huur te hoog;
B.en W. zouden z.i. in bepaalde gevallen een onderzoek kunnen
instellen. De Voorzitter vindt het moeilijk en wel ondoenlijk,
in particuliere belangen te treden. De Heer Schmitz gaat geheel
accoord met het gesprokene van den Heet Schiks en wil ook het
overleg van a.s. Dinsdag afwachten. Voor wat betreft het 3e
schrijven van den Heer Schmitz vindt de schrijver, dat ze in derf
Haag geen goeden indruk hebben van het platteland; hij heeft ge-!
vraagd,den werkloozen de verdiensteravan enkele dagen te laten
behouden; hij ontkent, dat ze niet meer willen werken, zooals
wordt gezegd; men moet echter niet uit het oog verliezen, dat
ze voor een gulden meer een week moeten werken en rilan meer voed
sel, enz. noodig hebben; hij wil daarom voor die enkelemdagen
niet aftrekken, zoodat iemand na afloop van zijn werk weer di
rect aan de steun kan. De Voorzitter merkt op, dat voor het
oogenblik volgens de voorschriften daarvan niets kan komen. De
Heer Schmitz zou het dan toch wel wenschelijk vinden, dat een
en ander eens onder de aandacht der Regeering gebracht werd.
De Voorzitter meent, dat de Kamerleden voldoende contact met
het platteland hebben en toch ook wel actief zijn. De Heer
Schmitz meent, dat de werkmanscandidaten zich al leelijk door
het slijk g%leurd hebben; bij stemmingen stemmen ze met den
Minister mee. De Voorzitter blijft bij zijn meening, dat men
Kamerleden heeft, die de nooden van het platteland voldoende
kennen. De Heer van Unnik gelooft, dat de Heer Schmitz er nogal