7 586 XIII HET VOORSTEL TOT WIJZIGING DER VERORDENING, REGELENDE DE INRICHT INC- EN SAMENSTELLING DER COMMTSSTE VAN PLAAT SELIJK TOEZICHT OP HET LAGER ONDERWIJS IN DE GEMEENTE.- Burg. en Weth. deelen mede, dat blijkens overgelegd schrijven de Commissie van toezicht op het lager onderwijs in deze gemeen te verzoekt, in de vigeerende verordening, regelende deze mate rie, wijziging aan te brengen in dier voege, dat het aantal door de commissie te houden vergaderingen afhankelijk wordt gesteld van het oordeel van den Voorzitter, zulks in verband met het feit, dat bij de vaststelling der gemeente-begrooting 1933 de gebruikelijke presentiegelden werden geschrapt. Aangezien ook B.en W. van oordeel zijn, dat een aantal verga deringen als door de verordening voorgeschreven, voor een goede werking der commissie niet noodzakelijk is, stellen zij den Raad voor, aan den wensch der commissie tegemoet te komen. Te dien einde leggen zij den Raad een concept ter vaststelling over .- Met algemeene stemmen wordt <&es lot en overeenkomstig het voor stel van B.en W.-(zie dossier -1.851.2 02.7-2) XIV HET VOORSTEL TOT TOEKENNING EENER TEGEMOETKOMING ALS BEDOELD IN ART. 15 DER LAGER ONDERWIJSWET 1920. AAN IN GEZETENEN IN DE KOSTEN. VERBONDEN AAN HET SCHOOLBEZOEK HUNNER LEERPLICHTIGE KINDEREN.- (vervoer per autobus) Burg. en Weth. deelen mede, dat blijkens overgelegd adres di verse ouders van leerlingen, afkomstig van de kortelings opgehe ven openbare lagere school te Zevenbergschen Hoek, op grond,dat de school (i.e. de Christel!jke School te Zevenbergen) welke zij hunne kinderen thans wenschen te doen bezoeken, op grooter af stand dan i| K.M. van hunne woningen verwijderd is, om xsKgajedlmg toekenning eener tegemoetkoming in de kosten van schoolbezoek L als bedoeld in art. IJ der L.O.wet 1920 verzoeken, in dier voe ge, dat de vervoerkosten per autobus volledig worden vergoed. Een ingesteld onderzoek heeft tot resultaat geleid, dat alle verzoekers op grooter afstand dan lp K.M. van de bedoelde school verwijderd wonen, terwijl niet alle ouders schoolgaande kinderen hebben, in den leerplichtigen leeftijd vallende. Voor deze laat st en zou dus de gevraagde tegemoetkoming geheel of ten deele moeten worden geweigerd. De hier bedoelde ouders zijn: A. L- Burgers, die vergoeding vraagt voor 1 schoolgaand kind, hetwelk nog niet in den leerplichtigen leeftijd valt (6 jaar), en J. A. Langeweg, die vergoeding vraagt voor 5 kinderen, terwijl hiervan 1 kind nog niet den leerplichtigen leeftijd bereikte (b jaar). Wij stellen Uw College mitsdien voor, aan Burgers de gevraagde vergoeding te weigeren en aan J. A. Langeweg, voor zoover het eene genoemde kind betreft. De navolgende ouders hebben voor het aantal achter hunne namen vermelde kinderen op eene tegemoetkoming als bedoeld in opgemeld artikel IJ, aanspraak. W. Waalboer5 Kinderen. J. A. Langeweg. 2 A.L,van Antwerpen 2 B. Ossewaarde2 H. van Steeg2 1 C.R.van Andel 2

Raadsnotulen

Zevenbergen: 1930-1996 | 1933 | | pagina 11