deren'; gepaste en behoorlijke vermakelijkheden, zullen door hem steeds
bevorderd worden.
De Heer, Vermeulen vraagt of het wel consequent is, dat iemand met
50 M2/bppervlakte niet mag dansen.L wel» en met minder dan 50 M2
De Voorzitter antwoordt, dat het daarover niet gaat.
De Heer van Eek is voor het voorstel van B.en W. indien ook met
andere vermakelijkheden wordt rekening gehouden.
De Voorzitter verzoekt den Heer van Eek zijn voorstel schriftelijk
te mötiveeren, dan kan zulks door B.en W. worden onder de oogen ge-
Z^Het voorstel van B.en W.vervolgens in® stemming gebracht, wordt
met 10 tegen 3 stemmen aangenomen-(tegen stemden de Heeren, Korteweg,
Hendriks en Huitkar). Besloten wordt als volgt:
De Raad der gemeente Zevenbergen:
Gehoord het voorstel van Burgemeester en Wethouders;
Gelet op artikel 232 en 2ij.O der Gemeentewet;
BESLUIT
aah artikel 3 van zijn besluit van 13 Augustus 192b, tot heffing ee-
ner belasting op vermakelijkheden in de gemeente Zevenbergen,goedge
keurd bij Koninklijk Besluit van ij. October 1926, no. 18, en gewijzigd
bil zijn besluit van 26 April 1929, goedgekeurd bij Koninklijk Besluit
van 29 Juni 1§29, no. 22, toe te voegen een lid c, luidende als volgt?
c. de. belasting, onder a van dit artikel bedoeld, is niet verschul-
digd voor vermakelijkheden, voor zoover zij worden gegeven op
terrein dat eigendom der gemeente Zevenbergen is
De Raad der gemeente Zevenbergen:
Gehoord het voorsgel van Burgemeester en Wethouders;
Gelet op de artt. 232 en 238 der Gemeentewet;
BESLUIT
a in te trekken zijn besluit van 20 Januari 1920, tot Vaststelling
eener verordening hot heffing van marktgelden in de gerente ^even-
bergen, goedgekeurd bij Koninklijk Besluit van q. Juni 1920, no.113,
gewijzigd bij raadsbesluit dd£ 28 Juni 1921, goedgekeurd bij Konin
klijk Besluit kan 2i| November 1921, no. 60;
b dm te trekken zijn besluit van 20 Januari 1920, tot vaststelling
eener verordening tot invordering van marktgelden in de gemeente
Zevenbergen.-
YTTT HET VOORSTEL TOT VASTSTELLING VAN HET le SUPPLETOIR- EN
BET le NAVORDERINGSKOHIER HONDENBELASTING 1930.-
Burgemeester en Wethouders hebben de eer den R?adü^n te bieden het
le suppletoir- en het le navorderingskohier van de ondenbelasting
19Zij stellen den Raad voor, tot vaststelling daarvan te willen over-
gaan.
Worden met algemeene steipmen vastgesteld.-
XIV RECLAME'S HONDENBELASTING 1930.-
Burgemeester en Wethouders aebben de eer den Raad diJerse recla-
mes hondenbelasting 1930 over te leggen, met het desbetreffend advies
van den Controleur der Hondenbelasting.
Zij stellen den Raad voor overeenkomstig dat advies te willen be-
SlMet0aigemeene stemmen wordt besloten overeenkomstig het voorstel
van B.en W. (zie dossier -1.71q-*3d).-