den weg zou zijn en dan zouden er Ongelukken gebeuren met voetgan
gers en kinderen. De Heer van Eek zegt, dat het niet zijn bedoeling
is, dat ter plaatse met een flinke vaart gereden wordt; hij erkent,
dat er wel enkele bezwaren zijn, doch die zijn z.i. niet zoo groot,
dat daaraan niet zou zijn gevolg te geven. De Heer van de Noort
wijst er nog eens op, dat, zooals de Heer Gommers opmerkte, het be
zwaar ook geldt voor landbouwers, komende uj.£ de andere richting.
De Heer Korteweg vraagt of indien alles in een richting wordt ge
leid, da auto's dan de karren niet zullen voorbijrijden, in welk ge
val z.t. het gevaar niets grooter is dan met het tegenwoordige voor
stel.
De Voorzitter wil het voorloopig eens probeeren; in het najaar
kan men dan eens zien, hoe alles gaat en eventueel de Politieveror
dening ter zake aanvullen; thans betreft het uitslutfeend het Motor
en Rijwielreglement.
Ba nog eenige discussie wordt besloten, overeenkomstig het voorstel
van B.en W. bij het navolgend besluit:
De Raad der gemeente Zevenbergen;
Overwegende, dat het in het belang dan de vrijheid en veiligheid
van het verkeer noodzakelijk moet worden geacht de na te noemen
wegen ingevolge artikel 8 van het Mc>tor- en Rijwielreglement geslo
te verklaren voor het berijden in een richting met alle rijwielen
en motorrijtuigen;
dat immers de breedte van bedoelde wegen niet toelaat, dat naast
het gewone plaatselijke verkeer het doorgaand verkeer met rijwie
len en motorrijtuigen plaats hebbe;
dat door deze gesloten-verklaring het doorgaand verkeer geen ern
stige belemmering zal ondervinden, aangezien het doorgaand verkeer
thans kan plaats hebben als volgt:
van Moetdijk naar Roosendaal via Kerkstraat, Dijkstraat, Lange-
noordstraat, en
van Roosendaal naar Moerdijk via LangenoordstraatBrugstraat,
Molenstraat, Kerkstraat;
BESLUIT:
gesloten te verklaren voor het berijden met alle rijwielen en mo
torrijtuigen: de Brugstraat vanaf kadastraal perceel Sectie M.77°
tot aan de Brug in de richting NOORD-WEST; de Dijkstraat vanaf
kadastraal perceel Sectie M. nr. 210 tot aan de Brug in de rich
ting ZUID-OOST.-
VIII BESPREKINGEN 0NTWERP-R00ILIJNVERORDENINGEN.-
Burgemeester en Wethouders deelen mede, dat, zooals den Raad be
kend zal zijn, in deze gemeente nog slechts voor enkele straten rooi
lijnen bestaan. Zij gaven mitsdien den Gemeente-Architect destijds
en daarna den Gemeente-Opzichter opdracht, ontwerpen vast te stel
len voor de rooilijnen van de overige straten in deze gemeehte.
Deze laatste is thans hiermede gereed gekomen. Door hen werd
hierover geraadpleegd de Inspecteur van de Volkshuisvesting en de
Technisch Ambtenaar van den Provincialen Waterstaat, die zich met
deze ontwerpen geheel kunnen vereenigen.
Indien ook de Raad zich met een en ander kan vereenigen stellen
zij zich voor, overeenkomstig de voorschriften ter zake advies der
Gezondheidscommissie, zetelende te' Oosterhout, in te winnen, waar
na zij den Raad zullen voorstellen tot vaststelling der rooilijn
verordeningen over te gaan om deze daarna aan de goedkeuring van
Gedeputeerde Staten te onderwerpen.
De Voorzitter wijst er op, dat dit een groot werk is geweest,
waaraan de Gemeente-Opzichter als t ware 2 jaren tusschentijds
heeft gewerkt; waarvoor hem alle lof toekomt. De Heer van Eek ver
meent, dat sommige rooilijnen nogal ingrijpend zijfa en vraagt of