- 18 - Daarom voorzitter, ligt er in de zeer nabije toekomst voor hem wat in het verschiet. Wat, dat zullen we even in het midden laten, maar hij zal zich vanuit die positie nog vele malen laten horen. Want voorzitter, om in de termen te blijven waarin Jan werkzaam is, zing elk vogeltje z'n eigen lied en toch zeker Jan. Wij ervaren Jan altijd als een man die fluitend door het leven gaat. Maar daar hebben wij een bijzonder groot respect voor als C.D.A.-fractie en wij zullen dat in de fractie missen. Jan, je was kwalitatief van grote klasse, zo hebben wij als fractie jou ervaren. Je was bijzonder snel ingewerkt. Ook in de materie op financieel gebied, waar wij in jou een kundige frac tiegenoot hadden. Je had een bijzonder bescheiden opstelling in de frac tie, maar wist op het juiste moment de juiste woorden te kiezen en ieder een, indien het noodzakelijk was, toch op die lijn te krijgen waar het C.D.A. thuishoorde vanuit jouw optiek, en dan bedoel ik met name de finan ciële kant. Jan, je was ook een rustpunt in de fractie. Zo hebben wij jou ervaren. Jan, ik weet ik ook, want ik wil toch een beetje af gaan sluiten, omdat we je toch niet kwijt raken. Helaas wel aan deze tafel. En ik weet ook om in de termen van vanavond te blijven dat je al 4 jaar aast op een kunstwerk. Een kunstwerk van het C.D.A.. Jan het is zo ver, dat wil ik je dadelijk bijzonder graag overhandigen. Jan, jij en Hennie vertrekken binnenkort naar Indonesië en wij weten dat jullie nog op zoek zijn naar enkele kof fers want, ondanks dat het daar zonnig is, blijk je daar toch wat mee naar toe te moeten nemen en daar willen we dan als fractie een bijdrage in le veren en hopen dat jullie daar op termijn het nodige gebruik van zullen maken. Jan, nogmaals bedankt voor je inzet hier in deze raad en in de fractie en in de toekomst zullen wij elkaar nog dikwijls genoeg meemaken in het C.D.A.-gebeuren. De heer Luvsterburq spreekt als volgt: "Mijnheer de voorzitter, geachte nu echt bijna oud-collega's, dames en heren aanwezigen. De kiezer heeft gelijk en behalve de heer Bornet, die uit eigen beweging weggebleven is uit dit college, ben ik het enige raads lid dat niet herkozen is in deze raad. Daaruit zou je dus de conclusie kunnen trekken dat ik het slechtste raadslid van allemaal was. En ja, wat doet een tonprater ook in de raad? Nou, dat kan best wel eens meevallen. Tonpraten, Adrie je weet het, is een serieuze bezigheid. En omgekeerd en ik ben blij dat de voorzitter daar al op gewezen heeft, in de raad zitten zonder gevoel voor humor dat is ook niet vol te houden. Ondanks het feit dat ik dus niet herkozen ben, heb ik toch best wel het gevoel dat ik in deze raad zinvol bezig geweest ben. In de raadsvergaderingen zelf heeft u mij niet zo vaak gehoord. Wij hebben een fractievoorzitter die ons standpunt naar voren brengt en die kan dat best goed. Waarom zouden wij dan nog veel daarnaast moeten zeggen. Ik ben ook niet iemand die graag met zo'n dikke buik vooraan staat. Trouwens, daar heb ik ook de buik niet voor. Ik denk dat ik het beste tot m'n recht gekomen ben in de z.g. besloten commissies. De commissie die ik nog steeds noem de hoor- en bezwaarcommissie en de commissie van de socia le zekerheid. Ik denk dat ik in die commissie het meeste heb kunnen doen voor de gemeente en voor haar inwoners. Ook in financiën heb ik me heel prettig gevoeld en ik ben een keer inge vallen in welzijn en ook dat is voor mij best een zinvolle gebeurtenis geweest. Ik dank u allemaal voor de bijzonder prettige contacten die ik met u gehad heb. U vraagt zich misschien af, wil hij graag terugkomen? Daarop is mijn antwoord: "Alstublief voorlopig niet".

Raadsnotulen

Woensdrecht: 1922-1996 | 1994 | | pagina 42