- 3 -
Op 18jan94 is een brief uitgegaan naar het GOW waarin de bevindingen
van de streek-BenW, het college en de commissie zijn verwoord. Ook is
meegedeeld dat Ossendrecht is gevraagd om als centrumgemeente de on
derhandelingen te starten. Bovendien heeft hij toegezegd dat hij het
verzoek aan Ossendrecht zou herhalen, als het gesprek te lang op zich
laat wachten.
Hij meent dat men zich niet moet laten misleiden vanwege het feit dat
het GOW heeft gemeend de programma's te moeten gaan starten. Dat is
hun eigen keuze geweest. In het subsidiëntenoverleg is uitdrukkelijk
gesteld dat nieuwe uitgaven die niet in de begroting zijn opgenomen,
vooraf door de 4 gemeenten moeten worden goedgekeurd. Daar heeft het
GOW niet aan voldaan. Als het GOW meent toch hiermee verder te moeten
gaan is dat hun eigen vrijheid en verantwoordelijkheid.
Mevrouw De Keiizer dankt wethouder Beekhuijzen voor zijn voortvarend
handelen.
De heer Huiiaens merkt op dat de A.W.B.-fractie heeft gezegd dat zij
de gevraagde bijdrage vrij fors vindt. Zij heeft echter niet gezegd
dat zij de bijdrage onaanvaardbaar vindt.
De heer Van Loon verzoekt de aantekening "kennisneming" te veranderen
in "in behandeling", zodat de raad op de hoogte blijft.
Wethouder Beekhuiizen zegt dit toe. Vervolgens antwoordt hij de heer
Huijgens dat zijn fractiegenoot in de commissievergadering het colle
gestandpunt volledig steunde.
De voorzitter zegt toe dat in de commissie welzijn over de voortgang
zal worden gerapporteerd.
29Stichting Natuur en Milieu e.a.; milieupakket woningbouw.
De heer Ars verzoekt bij nieuwe projecten rekening te houden met de
maatregelen die in het milieupakket worden genoemd.
Wethouder Schuurbiers antwoordt dat een aantal zaken m.b.t. dit punt
nog niet wettelijk zijn geregeld. Er zal echter zorgvuldig mee worden
omgegaan.
De heer Konings stelt dat de gemeente ook zelf initiatieven in die
richting kan nemen.
Wethouder Schuurbiers antwoordt dat bepaalde zaken voor verbetering
vatbaar zijn. De gemeente heeft echter geen grond om naleving van der
gelijke maatregelen te eisen.
30Nederlandse Vereniging tot bescherming van Dieren; nota gemeentelijk
dierenwelziinsbeleid.
De heer Ars hoopt dat de gemeente de haar toebedeelde rol in deze zal
trachten uit te voeren.
Vervolgens verzoekt hij in het voorjaar de paddetrek bij het Meeven te
beschermen middels afsluiting en het plaatsen van waarschuwingsborden.
Hij adviseert een en ander in overleg met Namiro en Brabants Landschap
te regelen.
De heer Luysterburg noemt de Nederlandse Vereniging tot Bescherming
van Dieren een respectabele instelling. Toch wil de C.D.A.-fractie
attenderen op de vrij eenzijdige visie van deze instelling. Zij advi
seert deze enigszins te relativeren.
Wethouder Schuurbiers antwoordt de heer Ars dat de gemeente bereid is
de gevraagde maatregelen te nemen. Hij verzoekt de gemeente tijdig te
informeren wanneer de paddetrek plaatsvindt.
De heer Ars neemt contact op met Namiro.
De heer Van Loon informeert of verenigingen die hierin zijn geïnteres
seerd de nota kunnen inzien.
De voorzitter antwoordt dat geïnteresseerden de nota kunnen inzien.