m - 4 - De heer Forman deelt mee dat de WVP meent dat de bedoelde bouw op het indu strieterrein aanvaardbaar is, aangezien het bouwwerk tussen bestaande ge bouwen geplaatst wordt. De WVP meent ook dat een startende ondernemer niet extra moet worden belast met de bouw van een duur pand. Derhalve zou een bouwvergunning kunnen worden verstrekt op voorwaarden zoals unaniem door de hoorcommissie beroeps- en bezwaarschriften gesteld. Wethouder Wils antwoordt dat hij, omdat veel dezelfde vragen zijn gesteld, eerst de algemene visie van het college zal geven. De bouwvergunning is geweigerd op grond van een welstandsaspect en op art. 17. WRO omdat het col lege meent dat de bouw van twee nissenhutten om twee redenen onaanvaardbaar is: ten eerste zijn ze duidelijk zichtbaar vanaf de Huijbergseweg en ten tweede zijn ze geprojecteerd op het nieuw te ontwikkelen industrieterrein. De tijdelijke vergunningen voor de aanwezige nissenhutten zijn verleend aan ondernemers die reeds in de gemeente waren gevestigd; de startende onder nemer komt niet uit deze gemeente. Spreker acht het heel goed mogelijk dat deze ondernemer op het huidige industrieterrein ruimte van derden zou kunnen huren. In het verleden is in de raad herhaaldelijk naar voren gebracht dat de bouw van nissenhutten moet worden gestopt. Het college acht nu, bij de start van het nieuwe industrieterrein, de tijd rijp om hier mee te beginnen. De heer Beekhuijzen heeft het goed verwoord toen hij stelde dat de raad tegen het voorstel kan stemmen, maar dat BenW uiteindelijk beslissen over vrijstelling van het bestemmingsplan en het college is inderdaad niet van plan hier een tijdelijke vergunning te verlenen. De heer Brouwers merkt op dat hij blij is dat de wethouder met zoveel energie de representativiteit van het industrieterrein behartigt. Uit zijn toelichting blijkt ook dat het college de startende ondernemer een warm hart toedraagt en dat hij/zij altijd met het college kan komen onderhandelen over mogelijke faciliteiten. In de hoorcommissie is ook besproken hoe het geheel door eventuele beperkingen, b.v. aanleg van een groensingel, bouwvergunning voor een jaar, etc. acceptabel gemaakt zou kunnen worden. De heer Beekhuiizen informeert welk standpunt de PvdA .inneemt. De heer Brouwers antwoordt dat de PvdA achter het voorstel van het college staat. De heer Schuurbiers is niet verbaasd over het standpunt van het college, maar de AB-fractie blij ft voor het verlenen van een vergunning. De heer Boaers meent dat vooraf in de commissie besproken had moeten worden dat het college een punt wilde zetten achter de bouw van nissenhutten op het industrieterrein. Aangezien het hier het bestaande industrieterrein betreft, stelt hij voor de ondernemer een vergunning voor tijdelijke opslagruimte te verlenen om vervolgens in gezamenlijk bestuurlijk overleg het te volgen be leid in deze te bespreken. De heer Meeuwisse merkt op dat in de hoorcommissie beroeps- en bezwaar schriften is gehandeld overeenkomstig art. 48, lid 1. Woningwet. Het college heeft bevoegdheid ex art. 17 WRO inzake vrijstelling BP waarop een AROB pro cedure mogelijk is, zoals door de heer Beekhuijzen is verwoord. Indien het college zich houdt aan het standpunt dat er op het nieuwe gedeelte van het industrieterrein geen enkele romneyloods mag worden gebouwd, kan spreker zich hier in vinden. De heer Beekhuijzen merkt op dat hier gebeurt, wat hij in zijn eerste ter mijn heeft voorspeld. Hier wordt politiek gespeeld, zoals het niet behoort te worden gespeeld. De PvdA wist gisteren blijkens een telefoontje al, dat ze achter het standpunt van het college zou gaan staan. Hij heeft toen on middellijk zijn conclusies getrokken. Als lid van de hoorcommissie beroeps- en bezwaarschriften, waarin iedere fractie is vertegenwoordigd, vindt hij dat hij vooraf in kennis had moeten worden gesteld dat andere leden een eerder ingenomen standpunt herzien. Hij meent dat hier een vuil politiek spelletje wordt gespeeld en hij is daar een pertinent tegenstander van. Dit is handjeklap van de democratie, de helft plus één is een meerderheid. De WD-fractie handhaaft haar stanpunt en zal puur uit formaliteit om stemming vragen.

Raadsnotulen

Woensdrecht: 1922-1996 | 1990 | | pagina 6