m 4 De heer Jansen zegt dat de CDA-fractie haar standpunt in de commissie welzijn duidelijk uiteen heeft gezet. De verordening is er in de ogen van het CDA niet voor niets en heeft mede ten doel subsidie veilig te stellen voor de eigen verenigingen en de eigen inwoners. Daarnaast zijn er duizenden mensen die menen recht te hebben op subsidies e.d. Dat zit niet in de verordening verweven en het CDA wacht af met welk voorstel dit college in de toekomst komt. Voor de CDA was relevant het voorstel, het antwoord van de wethouder dat het om 25 i.p.v. 100 Amerikanen ging en het moeizame contact. Dat houdt niet in dat de CDA-fractie onwelwillend staat tegenover het doel van de Stichting en dat de regels van de subsidieverordening altijd zo star moeten worden nageleefd. Er is een subsidieverordening, maar ook een gemeenteraad. De gemeenteraad staat als hoogste orgaan boven de verordening, maar die dient dan wel te worden gewijzigd. Mevrouw Koulman is verwonderd dat dit punt, hoewel in de commissie welzijn is overeengekomen dat niet zou worden gesubsidieerd, op de mededelingenlijst staat als niet subsidiëren en er toch weer op teruggekomen moet worden. Zij dacht dat er een college was gekomen dat goed zou samenwerken en nu blijkt bij de eerste raadsvergadering dat er al onenigheid is binnen de partijen. Aangaande de vragen van de heer Huijgens deelt zij mee dat het de PvdA niet gaat om de Stichting. Ook aanvragen van andere organisaties, b.v. Artsen zonder grenzen, worden afgewezen, ook al is het doel nog zo sympathiek. Zij meent dat de raad zich moet houden aan de subsidieverordening of de verordening moet wijzigen. Als daar tijdens de eerste vergadering van het nieuwe college al vanaf wordt geweken, weet niemand meer waar hij/zij aan toe is. Derhalve kan de PvdA-fractie zich vinden in de wijze waarop dit punt op de mededelingenlijst is opgenomen. De heer Beekhuijzen merkt op dat er beslist geen onenigheid is. In de commissie welzijn is er unaniem aan de hand van de toen beschikbare gegevens gesteld dat geen subsidie zou worden verstrekt. Na verder onderzoek blijkt dat er veel meer aan de hand is. Hij wacht het verzoek van de Stichting af, om op basis daarvan de zaak opnieuw te bekijken. Hij is het er echter wel mee eens dat slechts bij hoge uitzondering van de verordening moet worden afgeweken. Wethouder Jansen antwoordt de heer Forman dat in de commissie welzijn een beslissing is genomen aan de hand van de toen ter beschikking staande gegevens. Aangezien de heer Forman kennelijk over andere gegevens beschikt, wacht zij het verzoek van de Stichting af. De heer Van Strien merkt op dat de huidige subsidieverordening goed is en dat de raad uiterst voorzichtig moet zijn om hiervan af te wijken. Zo ja, zullen er hele duidelijke criteria moeten worden gesteld en zal honorering absoluut tot een grote uizondering moeten worden beperkt. De heer Huijgens is verbaasd dat telkens wordt gesproken over de relatie met de gemeente. Zoals de heer Forman aanhaalde heeft dit wel degelijk betrekking op de gemeente. Persoonlijk kent hij de oorlog alleen uit overlevering, boeken en film en hij is blij dat hij hier vanavond in vrijheid kan spreken, dankzij o.a. de Amerikaanse bevrijders, die hij dolgraag in relatie tot de gemeente wil zien. Afgelopen donderdag heeft een Amerikaanse bevrijder Oud Gastel bezocht en daar met mensen gesproken die hij nog kende. Hier zijn ook Amerikanen geweest, al zal niemand precies weten wie, want oorlogvoeren gaat in geallieerd verband. Verder staat bij 8 pt 27 van de subsidieverordening dat in bepaalde gevallen van de verordening kan worden afgeweken. De voorzitter deelt mee dat het overzicht van de commissievergaderingen moet worden aangevuld met een extra commissievergadering van de commissie openbare werken en ruimtelijke ordening op 19 juni 1990 om 20.00 uur. De raad besluit vervolgens zonder hoofdelijke stemming de mededelingen voor kennisgeving aan te nemen.

Raadsnotulen

Woensdrecht: 1922-1996 | 1990 | | pagina 52