3
Gedeputeerde Staten maken volgens spreker ten onrechte de gemeente
een verwijt.
De heer de Klerk vindt het een fatsoensnorm om de bezwaarden in deze
te aanhoren. Er is door hen gevraagd om inzicht te verkrijgen in de
totale inrichting van het bebouwings- en bestemmingsplan; dit inzicht
is hen nimmer gegeven.
De heer van Strien zegt de mening van voorgaande spreker niet te
delen. De wet schrijft het horen van bezwaarden niet voor, de bezwaar
schriften zijn duidelijk. Daarnaast zijn duidelijke argumenten naar
voren gebracht die de bezwaren van appellanten ongegrond doen zijn.
Mevrouw Jansen is het eens met het voorstel van de fractie Algemeen
Belang.
De heer Forman zegt zich daarbij aan te sluiten.
Mevrouw Rijpers merkt op dat zij in eerste instantie achter het voor
stel van de fractie Algemeen Belang stond, doch vindt dat het nu te
laat is om alsnog de appellanten te doen horen. Je zou te veel ver
wachtingen scheppen als je nu nog zou horen.
Wethouder Wils antwoordt dat op het moment dat de bezwaarschriften
zijn geschreven en ingediend er nog totaal geen inzicht was en er
ook nog geen ontwerp-bestemmingsplan was. Het enige wat op dat moment
vaststond was de ligging der wegen en de goothoogten. Dat het be
bouwingsplan verdicht zou gaan worden is pas naderhand bekend ge
worden.
De voorzitter voegt daaraan toe dat het horen van appellanten
ernstige precedent-werking heeft. Indien bij artikel 19 gevallen
steeds gehoord zou worden zou dat zeer veel tijd vergen en
verwachtingen schepen.
De heer de Klerk merkt op dat in september 1987 een discussie is af
gekapt omdat het slechts ging over het aanvragen van de verklaring
van geen bezwaar. Een voorstel inzake de vrijstelling van het be
stemmingsplan zou pas later aan de orde komen.
Dit voorstel ligt thans ter behandeling.
De heer de Klerk wenst stemming over het verlenen van vrijstelling.
De uitslag van de mondelinge stemming luidt:
voor stemmen de leden Koulman-LeenhoutsBrouwers, de Weert, Rijpers
van de Warreburg, van Strien, Meeuwisse en Wils;
tegen stemmen de leden Forman, Jansen-van Overveld, Bogers, de Klerk
en Schuurbierszodat het voorstel van het college van burgemeester
en wethouders met 7 tegen 5 stemmen is aanvaard.
8. Vaststelling openstellingstijden 1988 gemeentelijk zwembad de
Plantage
Stuknr883
De raad besluit zonder hoofdelijke stemming conform het voorstel van
burgemeester en wethouders.
9. Vaststelling tarieven 1988 gemeentelijk zwembad de Plantage.
Stuknr.88.4
De heer Bogers zegt dat hij zich best kan verenigen met het voorstel
doch spreekt de bezorgdheid uit over het feit dat de prijs van een
dagkaartje naar verhouding aanzienlijk hoger is dan de prijs van de
abonnementen.
Omgerekend kost (ingeval van een hoge frequentie) een bezoek aan het
zwembad met een abonnement ƒ.1,terwijl een dagkaartje 3,kost
Spreker verzoekt met nadruk er op te letten dat de prijs van een
dagkaartje niet steeds alléén verhoogd wordt omdat in dat geval het
verschil t.o.v. een abonnement steeds groter gaat worden.