m - 3 - 13. Vaststelling subsidies 1989. Stuknr. 88.145. De heer Beekhuijzen brengt naar voren dat het door de heer Bogers in COWEL gedane voorstel van een andere fractie afkomstig is, maar dat de heer Bogers nu met de eer gaat strijken. Bovendien vindt spreker het geen reëel voorstel, omdat vier sportverenigingen die tot nu toe een vaste bijdrage hebben ontvangen er behoorlijk op achteruitgaan en de overige verenigingen er op vooruitgaan. Hij is van mening dat goed overwogen moet worden of dit redelijk is. Het voorstel was dat de vaste bedragen die afgebouwd worden, verdisconteerd zouden worden door de bedragen die erbij zouden komen van het jeugdsubsidie en dat is nu niet het geval. De heer Bogers benadrukt dat het nooit in zijn bedoeling heeft gelegen om met de pluimen van een ander te gaan strijken. Spreker is zelf geen groot voorstander om de vaste subsidies weer te wijzigen. De meerderheid van de raad is er echter voor om de subsidies eerlijker te verdelen, vandaar zijn voorstel om de vaste subsidies af te bouwen en over het jeugdsubsidie te verdelen. Spreker informeert of al definitief besloten is, dat de vaste bijdragen worden afgebouwd of bestaat de mogelijkheid dat na de gesprekken met de verenigingen de vaste subsidies ongewijzigd blijven? De heer Forman wenst bij het doornemen van de lijst op de subsidies van de verenigingen Meto en W.V.V. terug te komen. Wethouder Koulman antwoordt de heer Beekhuijzen dat de nieuwe regeling juist tot doel heeft om de bestaande verschillen in subsidieverlening aan de verenigingen via afbouw van de vaste bedragen te verkleinen en uit eindelijk op te heffen. T.a.v. de heer Bogers deelt spreekster mede dat de verenigingen de kans krijgen om hun bezwaren naar voren te brengen. In COWEL is toegezegd dat daarna het college in deze commissie met een nader voorstel zal komen. De heer Bogers wil graag weten hoe de concrete vraagstelling aan de vier betrokken verenigingen luidt. De heer Beekhuijzen heeft in principe geen bezwaar tegen een eerlijke subsidieverdeling, maar hij heeft zijn bedenkingen tegen de voorgestelde constructie. Bovendien vraagt hij zich af of het hele bedrag van de afbouw naar de sportverenigingen moet worden overgeheveld. Wethouder Koulman antwoordt dat voorgesteld wordt de vaste subsidies in max. 5 jaar af te bouwen. Aangaande de betere verdeling is spreekster van mening dat het gaat om een eerlijker verdeling van de subsidiegelden, het geld moet daarom in het jeugdsubsidie worden verdisconteerd. De voorzitter stelt de subsidielijst aan de orde: 14/ De heer Forman is ook i.v.m. het teruglopen van de inkomsten via lotto 15. en toto tegen het afbouwen van de vaste bedragen van METO en W.V.V. Hij wacht het resultaat van de gesprekken af. 42. De heer Forman stelt voor de subsidie aan Benegora te verhogen tot 0,25 per inwoner. Gezien de huidige mate van milieuvervuiling en de ligging van Woensdrecht t.o.v. het industriegebied in Antwerpen is een vereniging als Benegora noodzakelijk. Mevrouw Rijpers merkt op dat Benegora 0,15 vraagt en krijgt. Mocht over een jaar blijken, dat de vereniging meer nodig heeft, kan het standpunt gewijzigd worden. De heer van Strien deelt de mening van mevrouw Rijpers en voegt eraan toe dat het ministerie van VROM in april 1989 met een nationaal be leidsplan komt. De heer Schuurbiers deelt ook de mening van mevrouw Rijpers. Wethouder Koulman antwoordt dat de bijdrage met 50% is verhoogd, omdat ook het college overtuigd is van het belang van de vereniging. Bovendien is aan de vraag van Benegora voldaan. 4

Raadsnotulen

Woensdrecht: 1922-1996 | 1988 | | pagina 147