- 24 -
In de voorlichting van R.W.S. is een rij route voor de zandwagens aangegeven.
Nadien zijn er diverse verzoeken van bureau Lievense binnengekomen voor het
verleggen van kabels, leidingen, waterlossingen, voorbelasting terpen, etc. De
wethouder zal nakijken of de verzoeken voor of na de uiteenzetting van R.W.S.
zijn gedaan.
De uiteenzetting betreffende de staalconstructiebedrijven wordt zwak genoemd
maar spreker heeft zijn spijt betuigd en blijft van mening dat de aanbestedingen
gedaan zijn volgens het raadsbesluit. Bovendien moest het college behalve naar
de plaatselijke bedrijven ook naar het budget van de gemeente kijken. Ook de
keuze van de architect was van invloed, maar in februari 1988 is de raad met de
keuze van deze architect accoord gegaan. Spreker beklemtoont nogmaals dat er
door het college met het raadsbesluit in de hand zeer zorgvuldig is gehandeld.
Betreffende het niet uitnodigen van meer plaatselijke bedrijven zijn reeds
afdoende verklaringen gegeven. Er wordt normaliter zo veel mogelijk met
plaatselijke bedrijven gewerkt.
De WD wil nu niet over de toepassing van de U.A.V. praten, terwijl zij de
discussie eerder in COWRO wenste door de schuiven naar de algemene beschouwingen.
De heer Beekhuiizen brengt naar voren, dat dit bewust zo is gedaan, omdat hij
het standpunt van het college wilde horen.
Wethouder Wils vervolgt dat hij tijdens een commissievergadering zijn excuses
heeft aangeboden voor het geval hij verkeerd zou hebben gehandeld. Nu dit niet
het geval blijkt neemt hij zijn excxuses terug.
De heer de Klerk heeft in eerste termijn gezegd, dat hij hier later op
terugkomt, omdat hij het betreffende bewijsstuk nu niet voorhanden heeft.
Wethouder Wils beaamt dat de heer Beekhuijzen suggesties heeft gedaan m.b.t. het
wegenplan. Spreker heeft de boot enigszins afgehouden, omdat hij ervan overtuigd
is dat de betreffende dienst nu in staat moet zijn met een adequaat plan te
komen. Het is echter niet haalbaar om in januari 1989 een volledig plan voor te
leggen. De betreffende personen werken hier vanaf 1 november jl. en hebben enige
inwerktijd nodig. Het college verwacht in het voorjaar 1989 met een plan te
kunnen komen. B&W blijven natuurlijk openstaan voor eventuele suggesties.
Spreker onderschrijft dat de oppositie zich kritisch mag opstellen t.o.v. het
college.
Spreker vervolgt dat de heer Beekhuijzen niet goed heeft begrepen, wat de
spreker in eerste termijn heeft gezegd m.b.t. het niet uitgenodigde
staalconstructiebedrijf. Spreker heeft op de eerste plaats zijn spijt betuigd
dat het bedrijf niet is uitgenodigd, hiervoor heeft hij 2 argumenten aangevoerd.
Als kritische ondertoon heeft hij gezegd, dat een plaatselijk bedrijf, dat op de
hoogte is van de gang van zaken ook zelf stappen had kunnen ondernemen, alles
zou dan anders gelopen zijn. Art. 26 is in het college na de aanbesteding
besproken naar aanleiding van een telefoontje van mevrouw Jansen. In dit artikel
staat formeel dat het niet kan, maar tegenwoordig wordt dit artikel in strikte
zin niet meer toegepast. In eerste instantie had dit niets te maken met de
relatie tussen mevrouw Jansen en de betreffende firma.
De heren Beekhuijzen en de Klerk hebben in COWRO gevraagd of de U.A.V.
bepalingen waren toegepast. Spreker heeft intussen de zaak uitgezocht en voelt
zich in juridische zin niet meer schuldig. Nogmaals beklemtoont spreker dat het
college op een zorgvuldige manier aan het raadsbesluit heeft voldaan.
De toekomstige bestemming van het sportveld W.V.V. zal in COWRO aan de orde
worden gesteld.
Spreker deelt mevrouw Jansen mede, dat het mogelijk is dat het college acht
bedrijven heeft overgeslagen in de beroepengids. Spreker heeft al eerder
aangegeven dat niet alleen plaatselijke bedrijven zijn uitgenodigd.