97. 99. 100. - 9 - U stelt dat begin 1989 een uitvoeringsschema zal worden opgesteld. Maar waarom eerst begin 1989? Dat kan nu toch ook, zodat we vanaf nu de projekten, gepland voor uitvoering in 1989, kunnen gaan bewaken en zonodig bij sturen. U blijft in raadsels praten, welke 2 kruispunten bedoelt u? Op welke termijn zal een verdere bijdrage van de gemeente, in het kader van de "Aktie - 25%", in COWRO worden besproken? Voorzitter, dit antwoord doet ons twijfelen aan uw integriteit. U leest naar onze mening de statistische gegevens zeer onzorgvuldig, of in het geheel niet. Wat dat betreft kunnen bedrijven zich de moeite besparen om deze statistische gegevens jaarlijks in te vullen. Ook de door u aangehaalde beroepengids kunt u niet hanteren. blz. 87 van de beroepengids vermeldt nl. een bedrijf waar staalconstructies worden gemaakt, blz. 138 Vereniging van Nederlandse Installatiebedrijven, o.a. centrale verwarming blz. 107 Aannemers glaswerken, blz. 43 Aannemers. Uit alles blijkt dat uw kennis t.a.v. de bedrijven binnen de gemeente ontoereikend is, en dan drukken wij ons nog zeer voorzichtig en netjes uit. Een goed bestuurder dient de bedrijven binnen de gemeente te kennen, of bij twijfel te informeren wat voor bedrijven er binnen zijn eigen gemeente aanwezig zijn. Door uw gemis aan kennis zijn een aantal bedrijven niet uitgenodigd tot prijsopgave nieuwbouw gemeentewerken. U heeft aan de opdracht van de raad, nl. zoveel mogelijk bedrijven binnen de gemeente gelegenheid tot prijsopgave geven, zeker t.a.v. de staalconstructie, dus niet voldaan. De wethouder van openbare werken en ruimtelijke ordening gaf toe na meerdere malen telefonisch onderhoud hierover, dat aan het niet uitnodigen van desbetreffend staalconstructiebedrijf, art. 26 van de gemeentewet ten grondslag lag. De aktiviteiten van overige bedrijven waren hem onbekend. U zult begrijpen dat dit voor ons nogal vreemd overkwam, en hebben daarom kontakt gezocht met het Ministerie van Binnenlandse Zaken, en kregen bij brief van 28 okt. jl. bericht dat in deze situatie art. 26 niet kan funktioneren als grondslag voor uitsluiting van desbetreffend bedrijf. Nu geeft u in uw reaktie aan dat de oorzaak is dat er naar uw mening volgens de statistische gegevens en volgens de beroepengids geen staalconstructie-bedrijven binnen de gemeente zijn. Voorzitter, dit alles komt ons zeer ongeloofwaardig over, aangezien u een aantal jaren geleden zelf bepaalde bedrijven heeft opgebeld, of zij belangstelling hadden werkzaamheden op de vliegbasis, m.b.t. de plaatsing van kruisvluchtwapensuit te voeren. Toen wist u de door ons bedoelde bedrijven wel te vinden, en toen wist u ook wat deze bedrijven deden. Voorzitter, u zult begrijpen dat uw antwoord ons helemaal niet zint. Kunt u aangeven wat de werkelijke reden is voor deze handelwijze? Ten aanzien van diverse aanbestedingen, welke voor u door de architect zijn uitgevoerd, is naar onze mening zeer onzorgvuldig gehandeld. In strijd met de U.A.V. die door u op dit werk van toepassing is verklaard. Telefonisch zijn een aantal bedrijven verzocht werkbeschrijvingen af te halen bij deze architect. Op de dag van inschrijving moesten deze bedrijven om 9.00 uur hun offertes bij de architect inleveren. Daar kregen ze te horen dat e.e.a. tot 15.00 uur was uitgesteld. De enveloppen zijn in tegenstelling tot wat dwingend in de U.A.V. is voorgeschreven, niet in het bijzijn van de inschrijvers geopend. Was er een vertegenwoordiger van de gemeente bij, en zo ja, waarom heeft die dan niet ingegrepen? Zo neen, waarom was hij niet bij een dergelijke belangrijke gunning aanwezig? Waarom heeft het college geen aktie ondernomen?

Raadsnotulen

Woensdrecht: 1922-1996 | 1988 | | pagina 122