3 De heer Meeuwisse schetst in het kort de historie waaruit thans voortvloeit dat er een nieuw gebouw voor de buitendienst gemeentewerken gebouwd zal gaan worden. Destijds is besloten niet tot privatisering over te gaan, waardoor de omvang van de buitendienst niet geringer werd. Thans is ze uit haar jasje gegroeid. De CDA-fractie is het eens met lokatie aan de Jan van der Heijdenstraat in verband met de betrokkenheid met het gemeentehuis. Een compliment voor de zorgvuldige voorbereiding van het bestek e.d. vindt hij op zijn plaats. Het industrie-terrein wordt door het CDA een minder gelukkige lokatie geacht. De verhoging van de kosten van 1,4 miljoen naar 2,2 miljoen is veel maar wordt door spreker toch begrijpelijk bevonden nu er geen sprake meer is van uitsluitend casco-bouw, maar van volledig afgewerkt gebouw. Dat er niet tussentijds is bijgesteld wordt door spreker betreurd. De keuze van het college voor aanbestedingsvoorstel nr.II wordt door het CDA in twijfel getrokken. Hij ziet niet in waarom de verhoging van 10-15% wel in voorstel I en niet in voorstel II doorberekend zou moeten worden. Mevrouw Rijpers heeft behoefte aan een nadere verklaring voor de kostenverhoging; ook zij vindt dat eerder bijstelling had moeten plaats vinden. Zij vindt het verschil echter wel erg groot en zij vraagt zich af of dit toch niet nog eens verhoogd zal worden tot bijvoorbeeld 2,5 miljoen gulden, gezien de ervaringen met het sportpark. Zij betreurt het vervolgens dat de raad, zelfs bij zulke hoge bedragen, steeds achteraf pas geïnformeerd wordt. De heer de Klerk zegt tevreden te zijn met de lokatie-keuzeVoorts wijst hij op een fout die staat in bijlage f. Welke een verschil van ƒ.60.000,met zich brengt. Wethouder Wils deelt mede dat dit inmiddels reeds gecorrigeerd is. De heer de Klerk vervolgt en meent enige kanttekeningen te moeten plaatsen bij aanbestedingsvoorstel nummer II. Dat een architect met de nodige ervaring op dat gebied het tot een kosten besparing kan doen leiden acht hij op zich juist. De fractie van het Algemeen Belang is tegen het machtigen van de architect om te bepalen welke en hoeveel aannemers er worden ingeschakeld. Volgens zijn fractie is het vrijwel niet mogelijk om contracten op te zetten waarbij de gemeente geen gevaar loopt voor schadeclaims achteraf. Spreker vindt het op zich wel aardig dat op die wijze een kostenbesparing wordt bereikt, maar indien de aannemers op elkaar moeten wachten wordt die besparing al snel gecompenseerd door de daardoor ontstane kosten. Spreker doet het voorstel om bij de aanbesteding minstens 5 aannemers uit te nodigen, waarbij met name rekening dient te worden gehouden met plaatselijke, en, zo dit niet mogelijk blijkt, minstens met streekgebonden aannemers. Laatstgenoemde restrictie is voor spreker van essentieel belang. Mevrouw Jansen deelt namens de VVD-fractie mede dat deze het gebouw liever op het industrieterrein gesitueerd ziet. Vervolgens vraagt zij aan het college waarom wordt uitgegaan van de boekwaarde in plaats van de verkoopwaarde. Met betrekking tot de selectie van de uit te nodigen aannemers conformeert zij zich aan het voorstel van de heer de Klerk. Wethouder Wils antwoordt dat aanvankelijk te veel is uitgegaan van wat een gebouw sec kost. Vergeleken daarmee wijkt de prijs thans nog niet zover af. Er is namelijk meer nodig dan een gebouw, zoals voor bestrating, riolering, grond, etc. Spreker deelt mede dat er om het gebouw wat onderhoudsarmer te maken wat extra kosten begroot zijn. Vervolgens antwoordt de spreker met betrekking tot de vraag van de heer Meeuwisse dat op materiaalkosten bij voorstel II bespaard kan worden omdat, indien het materiaal door de gemeente zelf wordt aangekocht de winst die de aannemer er anders op zou hebben gemaakt wordt uitgespaard. De besparing die zo verkregen wordt zal ƒ.70.000,bedragen. Ri

Raadsnotulen

Woensdrecht: 1922-1996 | 1988 | | pagina 11