- 2 -
Wethouder Wils zegt dat in de meest recente brief aan Verpaalen in ieder
geval geen verplichting wordt genoemd. Voorts blijft de mogelijkheid tot
overleg gelden.
De heer de Klerk merkt op dat op het plattegrondje wel een stuk staat
aangegeven waarin "verplicht" zou staan.
Wethouder Wils deelt mede dat de situatieschets door Verpaalen zelf is
gemaakt
21Korting rijksbijdrage: bestuur peuterspeelzaal de Heiderakkertjes
De heer Beekhuijzen spreekt zijn verontrusting uit over de bezuinigingen
op de Rijksbijdrage Sociaal Cultureel Werk. Het college heeft in haar
antwoordbrief aan het bestuur van de peuterspeelzaal de Heiderakkertjes
medegedeeld dat de korting niet verhaald zal worden op de verenigingen.
Hij vraagt hoe deze korting dan wel opgevangen wordt.
Wethouder Koulman antwoordt dat in de gemeente Woensdrecht nooit een
strakke koppeling is aangehouden tussen de Rijksbijdrage Sociaal Cultu
reel Werk en het verstrekken van de gemeentelijke subsidies. De korting
zal uit algemene middelen opgevangen moeten worden.
22Anti-fascistische verzetsstrijdersin Nederland: bevrijdingsherdenking.
De heer Konings vraagt of er reeds reactie van de schoolbesturen is ont-
vangen op de door het college doorgezonden brief van de Stichting Anti
fascistische verzetsstrijders in Nederland.
De voorzitter antwoordt dat nog geen reactie is ontvangen; zulks wordt
ook niet verwacht.
24. Brief van A. Forman inzake beëindiging lidmaatschap commissie Welzijn.
Het lid de Weert deelt mede met betrekking tot het ontslag van de heer
Forman uit de commissie Welzijn, dat de fractie van het C.D.A. begrip
kan hebben voor de eerste reden die Forman aanvoert voor zijn ontslag,
voor de tweede heeft mevrouw de Weert, als commissielid, geen begrip.
Zij vindt dat de heer Forman een onjuist beeld van de gang van zaken
geeft en slecht tegen zijn verlies kan. De burgerleden zijn op hun kwa
liteiten beoordeeld en de partij-politiek is terzijde geschoven. De
gemaakte afspraken zijn nagekomen.
Mevrouw Rijpers betreurt het dat de heer Forman tegenwoordig de krant als
discussiemiddel gebruikt in plaats van te discussiëren tijdens vergaderin
gen. Daarbij vindt zij dat hetgeen door Forman in de krant gesteld wordt
leugens, verdraaiingen van feiten en halve waarheden zijn. Zij noemt daar
bij enkele concrete voorbeelden; o.a. de stemprocedure met betrekking tot
de benoeming van de burgerleden van de commissie Welzijn.
Vervolgens geeft zij een overzicht van de gang van zaken in de commissie
Welzijn. Er is uitgebreid gedicussieerd over de manier waarop de stem
procedure gevoerd zou worden. Aan het einde der discussie werd unaniem
besloten dat de beste vijf sollicitanten gekozen zouden worden ongeacht
hun eventuele politieke voorkeur. Hierop werd door alle commissieleden
het woord gegeven. Zij is er van overtuigd dat door niemand der commissie
van die afspraak is afgeweken. Zij brengt in herinnering dat de heer
Forman in de pers stelt, dat beloften werden geschonden. Zij acht dit een
bijzondere kwalijke aantijging die niet valt te tolereren. Zij eist dan
ook van de heer Forman dat hij zijn beweringen met bewijzen staaft of
zijn woorden herroept.
Mevrouw Rijpers stelt dat de gehele verkiezingsprocedure volledig cor
rect is verlopen, ook al sloop er in de voorbereidingsfase een regiefoutje
door de zittende commissieleden niet voor een sollicitatiegesprek uit te
nodigen. Doordat zij zelf als nieuw raadslid deze drie personen niet
voldoende kende, was het voor haar moeilijk om hier een oordeel over te
vellen. Nadat echter door een aantal commissieleden een schets was ge
geven van de specifieke kwaliteiten en activiteiten van deze mensen,
stond niets een stemming meer in de weg. Zij memoreert dat na afloop van
de vergadering een ieder zeer tevreden was over de snelle en correcte
gang van zaken, ook zo de heer Forman. Later stelde echter de heer Forman
in de krant dat wel werd gesproken over een eerlijke en oprechte beoor
deling van neutrale kandidaten, maar dat daar uiteindelijk niets van bleek.