-2- tegengestelde dingen zeggen: zo zou het eigenlijk moeten, maar zo zal het gegeven de menselijke natuur - nooit kunnen. Strikte doorvoering immers van deze "rechten"zou de prikkel ontnemen om iets te ondernemen of aan te pakken, en de wereld zou aan slapheid ten onder gaan. Het zakelijk uitgangspunt, de natuurwet, leidt dus tot een meedogen loze onmenselijke maatschappij, het ideële gezichtpunt leidt tot een futloze maatschappij, dus tot de ondergang. Noch het een nog het ander is acceptabel. Er moet dus toch een compromis worden gevonden. Gelukkig gebeurt dat ook. Me dunkt dat we in Nederland een heel eind zijn gekomen in de vermildering van het zakelijk standpunt via doorwerking van het ideële standpunt. We zullen echter zorgvuldig moeten opletten het evenwicht niet te verliezen, resp. dit telkens aan te passen aan de zich wijzigende situatie, waarbij niet alleen naar het binnenland maar ook daar buiten moet worden gekeken om niet in de chaos terecht te komen waarvan eer der sprake was. Met een paar kreten over het nut van het bedrijfsleven of van ons sociaal verzekeringsstelsel komen we er niet. Het zal u duidelijk zijn, dat ik diezelfde voorzichtigheid zou willen aanbevelen ten aanzien van het bewapeningsvraagstuk. Uiteraard zijn wapens uit den boze, maar in de huidige internationale "rechtsorde" - waar in feite zowel recht als orde grotendeels ontbreken - kunnen ze helaas niet gemist worden. Ook hier is behoedzaam manoevreren dringend noodzaak, wil men niet in chaos verzeild raken. Ik veronderstel dat velen het met de voorgaande analyse eens zullen zijn. Ten aanzien van de vraag, welke keuze in een concreet geval moet worden gemaakt, lopen de meningen ongetwijfeld ver uiteen. Wie neemt de beslissing? In ons systeem: regering en parlement, voorzover dezen het onderwerp als een staatszaak beschouwen. De burger kan trachten die beslissing te beïnvloe den door buitenparlementaire acties. In Nederland wordt het zelfs stilaan algemeen beleid om de burgers gelegenheid te geven hun mening kenbaar te maken vóór de volksvertegenwoordiging een uitspraak doet. Ook na die uit spraak kunnen en mogen acties plaatsvinden met het doel, regering en par lement tot andere gedachten te brengen. Acties zijn geoorloofd indien men zich aan de daarvoor geldende regels houdt: b.v. een demonstratie dient vooraf te worden gemeld en men moet de eventueel gestelde voorwaarden na leven. Overtreedt men bij acties de wet, dan is men strafbaar. De indruk wordt weieens gewekt, dat door gebruik van de term "burgerlijke ongehoor zaamheid" de strafbaarheid aan een onwettige actie wordt ontnomen. Dat is uiteraard onjuist. Die term verandert niets aan de eventuele laakbaar heid van een handeling. Regering en parlement hebben tot taak onze samen leving te ordenen; daartoe hoort ook het doen naleven van de gestelde re gels. Hij die om wat voor motief ook die regels overtreedt aanvaardt de ordening niet en kiest dus in feite voor chaos. Tegen zo'n gedrag moet de samenleving zich beschermen, wil zij niet ten onder gaan. Het lijkt me nuttig dat wij ons deze feiten goed voor ogen stellen, daar het niet ondenkbaar is dat sommigen onze gemeente zullen kiezen als toneel van onwettige acties, voortvloeiend uit opvattingen inzake het re geringsbeleid inzake bewapening, zoals dit in de afgelopen jaren reeds her haaldelijk het geval was. Leden van een gemeentebestuur zullen zich als eersten bewust moeten zijn van wat wel en en wat niet aanvaardbaar is in een democratische samenleving. En richten we dan nu het oog op wat in onze samenleving aan de orde is. gemeentebestuur Als raadsleden traden aan mevrouw C.W.F.M. Parel-de Weert en, na het vertrek van de heer S.E. Lenselink, de heer P.A.M. Meeuwisse. In een rekordaantal vergaderingen van 15 passeerden 147 voorstellen en 17 nota's de revue. In 1985 verlieten drie personen de gemeentedienst, zes medewerkers kwamen binnen. Over een maand neemt de heer Chr. van Kaam, na 30 jaar voortreffe lijk het ambt van secretaris van deze gemeente te hebben uitgeoefend, af-

Raadsnotulen

Woensdrecht: 1922-1996 | 1986 | | pagina 8