12. BEZWAARSCHRIFT J.DE WEERT-VAN BEVEREN TEGEN WEIGERING BOUWVERGUNNING.
Stuknr.85.36.
De heer de Klerk informeert naar het standpunt van het college als door
reclamant een aanvraag wordt ingediend met het hoofdbebouwingsoppervlak aan
de van der Dilftstraat.
De voorzitter antwoordt dat in principe de mogelijkheid aanwezig is als het
een bijgebouw bij de woning wordt.
De raad besluit vervolgens zonder hoofdelijke stemming conform het voorstel
van burgemeester en wethouders.
13. BOUWKUNDIGE AANPASSINGEN BASISSCHOOL "DIE HOEGHE HEIDE", DEELS MEDEWERKING,
DEEL WEIGERING.
Stuknr.85.38.
De raad besluit zonder hoofdelijke stemming conform het voorstel van burge
meester en wethouders.
14. ONDERZOEK GELOOFSBRIEVEN BENOEMD RAADSLID P.A.M.MEEUWISSE.
De voorzitter verzoekt de leden Lenselink, Kuijlen en Konings zitting te
nemen in de commissie ad hoe tot onderzoek der geloofsbrieven.
Teneinde de commissie de gelegenheid te geven tot onderzoek schorst de
voorzitter de vergadering.
De voorzitter heropent de vergadering.
De heer Lenselink leest het verslag van de commissie ad hoe voor.
De commissie heeft bevonden dat de overgelegde bescheiden in orde zijn en
stelt voor te besluiten tot toelating van de heer P.A.M.Meeuwisse als lid
van de raad der gemeente Woensdrecht.
De raad besluit vervolgens zonder hoofdelijke stemming conform het voorstel
van de commissie ad hoe.
In verband met het afscheid van het raadslid Lenselink memoreert de voorzitter
dat de heer Lenselink raadslid is geweest vanaf september 1974, derhalve 10 2/3
jaar. Zijn optreden heeft zich gekenmerkt door een geheel eigen aanpak. Naast
een beleidsinzicht bezat de heer Lenselink ook ambtelijke deskundigheid als
gevolg van zijn opleiding en zijn administratief ambt bij de gemeente—politie
Door zijn aanwezigheid is het nivo van de voorbereiding van beleidszaken opge
trokken. Van de omstandigheid dat de heer Lenselink allochtoon was heeft hij
weinig hinder ondervonden, want hij maakte gemakkelijk contacten met de bevol
king. Sedert 27 oktober 1972 was de heer Lenselink woonachtig binnen de gemeen
te Woensdrecht.
Van september 1978 tot oktober 1984 was de heer Lenselink wethouder en ontplooide
veel initiatieven. Hij ging er zelf op uit of ontwierp zelf stukken en beijver
de zich voor tal van zaken, zoals het instellen en functioneren van de commissie
welzijn, de stichting bejaardenvoorzieningen, de stichting gemeenschapstaken
en bezuinigingen.
In het college bezat de heer Lenselink de portefeuille sociale zaken en finan
ciën. Hij had voor alles belangstelling en wist zich ook in alles te verdiepen.
De heer Lenselink was steeds hoffelijk, opgewekt, levenslustig en een prettige
collega binnen het college. Ook ontmoette de heer Lenselink in zijn loopbaan
tegenvallers, maar dan werd de koers bijgesteld en werd met gelijke inzet doorge
gaan.
Vanaf juni 1983 werd een en ander gekenmerkt door de problemen rondom de kruis-
vluchtwapens met diepe tegenstellingen binnen en buiten de gemeenteraad. Zelf
had de heer Lenselink een helder standpunt, dat nooit onder stoelen of banken
werd gestoken. Hij verkreeg door zijn optreden grote bekendheid in Woensdrecht
en zelfs in het gehele land.
Vele neven-activiteiten had de heer Lenselink zoals lid van de gewestraad en
lid van het dagelijks bestuur van het Streekgewest en het optreden aldaar werd
op gelijke wijze gekenmerkt.