- Op deze brief bijgeschreven ambtelijke informatie, waarin B. en W. er op gewezen wordt dat hier een verdagingsbesluit met als uiterste datum 25 juni 1985 genomen had moeten worden. Deze ambtelijke informatie was gedateerd op 15 juli 1985. - Op 17 juli wordt het verdagingsbesluit verzonden naar de aanvrager. Dit verdagingsbesluit dat gedateerd is op 25 juni 1985 is ondertekend door loco-burgemeester de heer Bogers. Tot zover even de feitelijke zaken op een rijtje gezet. Nu even naar mijn mening de gebruikelijke gang van zaken binnen het college. Op alle stukken die een goedkeuring van B. en W. behoeven staat het u bekende stempel waarin 3 vakjes zijn vrijgelaten voor een paraaf van de burgemeester en de beide wethouders. Deze stukken worden voor de B. en W. vergadering ter inzage aan u en de beide wethouders aangeboden. Indien men zich kan verenigen met de voorgelegde stukken zet men een paraaf. Indien ieder lid van het college heeft geparafeerd komt het betreffende stuk niet meer in B. en W. maar wordt verder ambtelijk afgehandeld. Bij het ontbreken van een of meerdere parafen wordt het betreffende stuk verder in B. en W. besproken. Op de brief van de aanvrager van 9 juli j.l., waar het hier om gaat, staat alleen een paraaf van de plaatsvervangend wethouder openbare werken de heer de Klerk. Dit is mij eerst na nadere informatie gebleken. Dus verdere behandeling in een B. en W. vergadering was hier noodzakelijk. In de B. en W. vergadering van 16 juli, waarin wethouder Bogers in de functie van loco-burgemeester als voorzitter optrad, heeft B. en W. naar mijn mening, beslist alsnog een verdagingsbesluit te nemen en dit te dateren op 25 juni 1985, dus ca 3 weken nadat de hiervoor geldende termijn verstreke was. Op zich was 25 juni al een dag te laat I Op 17 juli 1985 wordt dit besluit verzonden aan de aanvrager en ondertekend door de heer Bogers als loco burgemeester met als besluitdatum 25 juni 1985. Nu stelt Algemeen Belang dat het handschrift van wethouder Bogers niet voorkomt op de brief van de aanvrager van 9 juli j.l.. Voorzitter bij navraag is gebleken dat dit juist is. Spijtig dat de heer Bogers dat in de vergadering van 12 november zelf niet wist. Mijn bewering van 12 mei j.l. dat het om het handschrift van de heer Bogers ging trek ik dan ook bij deze in. Voorzitter, de omstreden aantekening waarbij het hierover gaat is inderdaad van de gemeentesecretaris. Op zich verandert er aan de feitelijke situatie zoals ik die op 12 november heb verwoord weinig. Om een en ander zo aan te pakken was een besluit van B. en W. waarin de heer Bogers op dat moment als voorzitter functioneerde, nodig. Dit besluit als zc danig wordt genoteerd door de gemeentesecretaris. De gemeentesecretaris voer enkel uit 1 Alles overwegende blijf ik bij mijn standpunt van 12 november j.l. met dien verstande dat ik mijn bewering dat het om het handschrift van de heer Bogers ging bij deze intrek. De voorzitter brengt in herinnering dat in de vergadering van 12 november j.l. door de heer Beekhuijzen is gezegd dat wethouder Bogers opdracht had gegeven om een besluit te antidateren. Spreker stelt dat wethouder Bogers geen onwettige opdrachten heeft verstrekt en dat geen onjuiste datum is gebruikt. Het nemen van een verdagingsbesluit betekent dat het college nog geen besluit heeft genomen op de betreffende aanvraag. De aanvrager was geïnformeerd dat advies was gevraagd bij de Adviescommissie Agrarische Bouw- aanvragen hetgeen tegelijk een verdagingsbesluit inhield. Zulks is echter niet uitdrukkelijk vermeld, maar het een hield uiteraard wel verband met het ander.

Raadsnotulen

Woensdrecht: 1922-1996 | 1985 | | pagina 140