- 7 - gemeentewerken worden onderzocht danwel door een cultuur technisch bureau. De door de fractie van het CDA gedane suggestie is de moeite waard om te onderzoeken. Het is technisch en financieel erg moeilijk om één veld reeds nu op het sportpark Woensdrecht aan te leggen. Het tegelijk onderhanden nemen van het gehele sportpark is het meest verantwoord. T.a.v. de benoeming van buitendienstambtenaren zegt spreker dat in een openbare vergadering niet kan worden ingegaan op de kwaliteiten en diskwaliteiten van mensen. Het onderzoek naar de kandidaten is ob jectief verkopen. Men mag bij plaatsing door "Start" er niet vanuit gaan dat men bij vacature zonder meer recht heeft op een vaste aanstelling. Aanstelling in vaste dienst stelt hogere eisen dan een aanstelling via "Start". Waar deze mensen dan wel aan de slag kunnen komen is thans niet te voorspellen en is niet de zaak van de gemeente. Bij een volgende vaca ture waarbij andere mensen solliciteren zijn zij misschien wel de meest geschikten. Voor wat betreft het woningbouwbeleid in het kader van de plaatsing van kruisvluchtwapens deelt spreker mede dat door de raad is verboden om op informatie uit te gaan. Over enkele maanden zullen de gevolgen van het regeringsbesluit duidelijk worden. Gezien het nu gevoerde beleid van de overheid zullen waarschijnlijk woningcontingenten worden toegewezen naar de steden in plaats van de dorpen. Wethouder Bogers antwoordt naar aanleiding van de onderhoudstoestand van he tunneltje dat het toezicht daarvan berust bij provinciale waterstaat. Con tact via gemeentewerken is opgenomen met de provinciale waterstaat en men heeft reeds een controle uitgevoerd. Wanneer onderhoudswerkzaamheden wor den verricht is niet bekend. De voorzitter merkt t.a.v. de opmerkingen van de heer Beekhuijzen inzake de beleidsnota op dat in de beleidsnota concrete maatregelen inzake het woon- en werkklimaat worden voorgesteld en niet uitvoerig over allerlei zaken wordt uigewijd. Het college van burgemeester en wethouders bestuurt niet, alléén de raad is het hoogste bestuursorgaan. Wethouder Bogers merkt op dat de VVD fractie van mening is dat niet aktief is ingespeeld op particuliere intitiatieven voor bebouwing van het gebied Rijzendeweg. Wij hebben hetzelfde gedaan als het vorige college. Wij zijn afhankelijk van bouwondernemers. Goede voorstellen van de zijde van de fracties zijn te allen tijde welkom. De voorzitter deelt verder mede dat t.a.v. de ontwikkelingen van de be- stemmingsplannen Rijzendeweg Zuid en West regelmatig gesprekken worden gevoerd met bouwondernemingen Op interesse door bouwondernemingen wordt direkt ingespeeld. Het college is afhankelijk van initiatieven van derden en derhalve wordt een afwachtende houding aangenomen. Voor wat betreft de beoordeling van bouwplannen worden achter de bestuurs tafel wel degelijk de belangen afgewogen. Nimmer is er een automatisch nee. Het is beslist onjuist dat de voorbereiding van zaken op het investerings schema voorkomende op zijn beloop worden gelaten. De zaken worden wel degelijk bijgehouden, doch er komen bij de verschillende projecten zoveel zaken en problemen voor dat het niet mogelijk is op korte termijn alle zaken te regelen. Elk project heeft zijn eigen aard, en getracht wordt in ieder geval de nodige aandacht aan elke zaak te geven. Bij het opzetten van een onderhouds- en investeringsplan voor rioleringen verwacht de WD-fractie meer dan kan worden gedaan en toegezegd. Het college moet be kijken of het mogelijk en zinvol is om een onderhoudsplan op te stellen. Het op te stellen plan moet wel realiteitswaarde hebben. Het college verzamelt nu de gegevens om mogelijk een realistrisch plan op te stellen. Getracht wordt wel een onderhoudspot te creëren. Wethouder Koulman zegt met betrekking tot de overschrijding met f113 000 van het crediet voor rioleringsprojecten, dat wanneer het totale*project klaar is het financieel resultaat zal worden voorgelegd aan de commissie voor financiën en belastingen. Spreker merkt verder op dat wel meer uitgegeven is dan het crediet toeliet, doch zulks is wel gebleven binnen de 10% hetgeen geen bezwaar is.

Raadsnotulen

Woensdrecht: 1922-1996 | 1985 | | pagina 107