OPENBARE VERGADERING
van de raad der gemeente Woensdrecht op dinsdag 28 februari 1984
des avonds om acht uur in de raadzaal
Voorzitter Mr. J.M. de Leeuw, burgemeester.
Secretaris C. van Kaam.
Aanwezig de leden BogersSchuurbiersde Klerk, Piasmans,
Wils, de Jonge, Verduit, Kuijlen, Beekhuijzen,
Konings en Koulman-Leenhouts en de wethouders
Lenselink en Klunder Nijland.
Afwezig geen der leden.
Tot voorstemmer wordt door het lot aangewezen het lid Konings.
1. VASTSTELLING NOTULEN VAN DE VORIGE VERGADERING.
De notulen van de vergadering van 31 januari 1984 zijn aan de
leden in concept toegezonden.
De heer Piasmans is van mening dat het door hem gestelde op
de bladzijden 3 en 4 niet volledig is weergegeven. Hij verzoekt
aanvulling met: "De heer Piasmans merkt ten aanzien van wet
houder Lenselink op dat tijdens de vergaderingen van de com
missie voor financiën en belastingen altijd is voorgehouden
aan de leden dat, indien volgens de adviezen van de inspecteur
van het kleuter- en lager onderwijs de eisen niet worden over
schreden, de gevraagde medewerking verleend moet worden.".
De raad besluit zonder hoofdelijke stemming de notulen vast
te stellen met inachtneming van de door de heer Piasmans ver
langde aanvulling.
2. MEDEDELINGEN.
Verwezen wordt naar de bij deze notulen behorende lijst van
mededelingen
Bespreking volgt over de volgende mededelingen.
15. Vaststelling raadsvergoedingen
De heer Schuurbiers informeert wat er zal gebeuren als niemand
reageert op dit punt
De voorzitter antwoordt dat dan de huidige situatie ongewijzigd
gehandhaafd blijft
De heer Schuurbiers informeert of hij het voorliggende stuk
moet zien als een voorstel
Wethouder Lenselink antwoordt dat door het college een over-
zicht wordt verstrekt van de maxima,de minima en de mogelijk
heden tot afwijking van de bedragen. Het voorliggend stuk
is geen voorstel maar een aanwijzing van de mogelijkheden.
Gelet op de standpunten van de raad in voorgaande jaren n.l.
bevriezing van de vergoedingen, meent het college dit te blijven
huldigen. Indien niet gereageerd wordt blijven de voor 1983
vastgestelde bedragen ongewijzigd gehandhaafd voor 1984.
De heer Schuurbiers is van mening dat deze zaak beter via
cTë commissie algemene zaken had kunnen lopen.
De voorzitter ziet geen bezwaar in een rechtstreekse behandeling
in de raad.
De heer Beekhuijzen stelt voor de bedragen vast te stellen
op de minimale raadsvergoeding en de maximale onkostenvergoe
ding. Het resultaat hiervan is dat de raadsleden er in totaal
11,op achteruit gaan.
De heer Piasmans stelt voor deze zaak alsnog te behandelen
in de commissie algemene zaken. Het voorstel van de heer
Beekhuijzen vindt hij onwezenlijk. Door dit voorstel wordt