NIEUWJAARSTOESPRAAK 1984
Mevrouw, heren leden van de raad,
Hoewel een raadsjaar niet gelijk loopt met een kalen-
jaar sluit ik me toch gaarne aan bij traditie en maatschap
pelijk gebruik en wens u als college en ieder van u persoon
lijk bij de aanvang van het kalenderjaar 1984 in alle opzich
ten een goed jaar toe.
Uiteraard gaat de stroom van gebeurtenissen over het
betrekkelijk willekeurig tijdstip van de jaarwisseling heen
gewoon door. Ik zal de enige niet zijn, voor wie dat in het
bijzonder geldt ten aanzien van het onderwerp, dat gemeen
lijk wordt aangeduid met de term "raketten", omdat dit item
plotsklaps met ongekende hevigheid op ons is afgekomen in
1983 en het in 1984 naar het zich laat aanzien een hoogte
punt, wellicht hèt hoogtepunt, zal meemaken. Ik denk niet
dat enig onderwerp in de loop der jaren zó'n indruk op de
gehele bevolking heeft gemaakt als dit,en ongetwijfeld is
de aandacht, welke onze gemeente landelijk en zelfs inter
nationaal heeft gekregen, vele malen groter dan ooit in het
verleden. Die aandacht zou ik tot onderwerp willen nemen van
de inleiding van deze toespraak, niet de vraag of de raketten
er wel of niet moeten komen.
Ik doel niet in de eerste plaats op de aandacht van
de media (hoewel ook deze nogal wat overlast en zelfs inbreuk
op de privacy van onze gemeenschap kan veroorzaken, en mede
aanleiding lijkt te geven tot waar ik het speciaal over wil
hebben) maar vooral op de aandacht van het publiek, tot ui
ting komend in demonstraties van allerlei aard. Hoe staan
wij daar als Nederlandse, meer in het bijzonder als Brabantse,
plaatselijke gemeenschap tegenover? Ik waag me niet aan een
inschatting van wat "men" er hier van vindt, doch beperk
me tot een persoonlijke gedachtengang
Er zijn twee uitgangspunten te bedenken: het belang
van een geordende samenleving of: het belang van vrijheid.
Beide elementen zullen in de meningsvorming een rol moeten
spelen, er zal steeds van een compromis sprake moeten zijn,
doch de inhoud daarvan hangt wel degelijk af van de vraag,
waar het hoofdaccent wordt gelegd. Ik zelf kies overtuigd
voor een accent op de vrijheid. Vrijheid is naar mijn me
ning hèt kenmerk bij uitstek van onze samenleving; vrijheid
is datgene wat, meer dan welvaart of wat anders ook, verde
diging waard is, omdat het een wezenlijk element is van een
echt menselijk bestaan. Het meest wezenlijke is de innerlij
ke vrijheid, die de mens zichzelf doet bepalen ondanks druk
van buitenaf; vrijheid in de gebruikelijke zin echter bestaat
daar, waar die druk van buitenaf - zeker voor wat betreft
door de overheid uitgeoefende druk - zo gering mogelijk is.
Het streven van elk onzer dient te zijn die vrijheid te hand
haven en verder tot ontwikkeling te brengen. Wij zijn in Ne
derland erg sterk in regelgeving - dat lijkt op een tendens
in de verkeerde richting; als we echter de bedoeling van die
regelgeving: r.1. voorkomen van overlast voor de burgers,
