- 5 - Daar in de motivering van het voorstel tot ontslag in feite kritiek wordt uitgeoefend op het college wil ik, als voorzitter van dat college, daarover een korte opmerking maken. Het college heeft noch inzake de in het voorstel genoemde onderwerpen noch anderszins ooit nagelaten een formeel raads besluit uit te voeren. En alleen een formeel raadsbesluit kan aan het college duidelijk maken hoe de raad over iets denkt; elk ander middel leidt tot gissingen en onzekerheid, waarmee geen behoorlijk bestuur is te voeren. Ook respect voor de per soon van de wethouders vereist, dat zij via een formeel raads besluit op de hoogte worden gesteld van de wil van de raad, zo dat zij in de gelegenheid zijn hun positie te handhaven door aan die wil gevolg te geven. Ik concludeer derhalve, dat de feitelijke reden van ont slag is gelegen in onvrede met de politieke samenstelling van het college in relatie tot die van de raad, en/of in het gevoel, persoonlijk niet meer met elkaar overweg te kunnen. Het enige wat ik daarvan zeggen kan is, dat ik dat jammer vind.". Wethouder Lenselink spreekt als volgt: "Voorzitter, Het is niet mijn bedoeling in mijn weerwoord zoiets te leggen als: "och, doe dat nou niet". Het is wel mijn bedoeling duidelijk de redenen in het voorstel tot tussentijds ontslag te bestrijden en de onjuistheden daarvan aan te tonen. De kretelogiëen als in punt 1: "het vertrouwen systema tisch werd beschaamd" en "de beantwoording van vragen ten slotte" (m.i. gaat het over één vraag); in punt 3 de kreet: "het voorgestane personeelsbeleid", ook nog "indruisend tegen de wens van de meerderheid van de raad" en "een zeer onregelmatige werkverdeling tot onrust bij de thans in dienst zijnde personeelsleden". Al deze kreten behoeven een nadere analyse, voor (zoals de heer de Jonge in de vorige raadsvergadering bij het stellen van een 6-tal vragen gezegd heeft) "voor een stukje duidelijk heid, ook naar de burgers/kiezersdie hebben daar recht op. Geen verstoppertje spelen". Dat geldt ook hiervoor. En dan, niet als reden tot ontslag, maar als toelichting op de motie van opgezegd vertrouwen van 13 september j.l. (dus een toelichting achteraf in het nu op 2 oktober aan de orde ge steld ontslag, omdat men blijkbaar zelf vond dat het bijzonder onduidelijk was) namelijk: "voor een juiste voorstelling van zaken nogmaals: de ontruiming van het V.A.K. is niet de reden_ (i.p.v. rede) geweest van opgezegd vertrouwen". En tot slot van het thans aan de orde zijnde voorstel tot ontslag: "de inzet is boven alle kritiek verheven", zoiets als "goed gedaan jochie". Punt 1a, voorzitter, van het voorstel tot ontslag. Waar uit, uit welke met name te noemen feiten bestaat het systema tisch beschamen van het vertrouwen van de raad? Noem dat eens'. Wat zegt de motie van 28 juni 1983? Lees die eens goed! "De raad verzoekt het college van burgemeester en wethouders het standpunt dat plaatsing van kruisvluchtwapens ongewenst is aan de regering ter kennis te brengen en verzoekt alle stappen te nemen om de plaatsing tegen te gaan." Na het aannemen van de bewuste motie op 28 juni 1983 is aan de raadsleden gevraagd welke stappen zij voor ogen hebben die ondernomen zouden moeten worden om plaatsing te verhinderen. Daarop kwam geen duidelijk antwoord dan alleen de motie ter kennis te brengen van de Tweede Kamer en van het kabinet. Dat is dan ook gebeurd.

Raadsnotulen

Woensdrecht: 1922-1996 | 1984 | | pagina 121