A - 5 - De voorzitter deelt mede dat de vaststelling niet betekent dat elkander deel precies zal worden uitgevoerd. Het voor liggend plan is het resultaat van gevoerd overleg door een breed samengestelde bestuurlijke commissie. Het is thans de bedoe ling om bepaalde zaken binnen het plan waar de raad zich niet in kan vinden ter tafel te brengen. In hoeverre nog wijziging kan plaats vinden is de vraag, want dan moet de bestuurlijke commissie opnieuw bijeen komen. De heer Beekhuijzen kan meegaan met mevrouw Koulman. Uit de bespreking met het Brabants Landschap kunnen gezichtspunten naar voor komen die van belang kunnen zijn bij de vaststel ling van het thans voorliggende plan. De voorzitter attendeert dat het Brabants Landschap voor lichting komt geven over het door hun te voeren beleid ten aanzien van bij hun in beheer zijnde natuurgebieden. Het Brabants Landschap staat in principe achter het voorliggende plan. Hij meent dat de raad zich niet al te veel moet voor stellen van het gesprek met het Brabants Landschap. Het is persé niet de bedoeling dat na de vaststelling van het plan de betreffende gemeenten met handen en voeten aan het plan gebonden zijn De heer Kuijlen merkt op dat het Brabants Landschap gronden zal moeten verwerven in het betreffende gebied. De voorzitter antwoordt dat men daar mee bezig is. l)ë heer Wils wenste in eerste instantie ook met de vaststel- ling van het plan te wachten tot na de bijeenkomst met het Brabants Landschap, doch nu hij de uitleg van de voorzitter heeft gehoord heeft hij geen bezwaar meer tegen vaststelling van het plan De voorzitter benadrukt nogmaals dat het Brabants Landschap alleen maar de visie zal geven over de bij hun in gebruik zijnde gronden en de bescherming daarvan. De heer Wils merkt nog op dat hij de door het college ter inzage verstrekte informatie als positief heeft ervaren. Hierdoor kon ieder raadslid op de hoogte blijven van de ont wikkelingen in het gebied. Mevrouw Koulman kan in principe instemmen met vaststelling van het plan. Zij informeert voorts of bekend is wat de waterkwaliteit zal worden. Mogelijk kan iemand van Rijks waterstaat worden uitgenodigd teneinde hieromtrent informa tie te verstrekken. De voorzitter antwoordt dat men het bij Rijkswaterstaat nog niet eens is wat de kwaliteit zal worden. De problematiek hieromtrent is dusdanig technisch dat een informatie thans weinig zin zal hebben. De heer Bogers informeert ten aanzien van de tijdsplanning en kostenraming of de gemeente zelf de kosten van ordening van het gebied de Duintjes dient te dragen. De voorzitter antwoordt dat de kosten van het opruimen van het puin van de skelterbaan zijn verwerkt in die van de verharding van de Zuidgeest. Door de pachter is het puin uitgebroken, en door de gemeente is het afgevoerd. Overigens is op de Duintjes niets ver pacht, maar alleen is het alleenrecht voor de verkoop van consumpties uitgegeven. Aangezien de gemeente Woensdrecht eigenaar van het terrein is zal ook gezorgd moeten worden voor ordening van het terrein. Overigens zullen de kosten wel meevallen en waar schijnlijk de geraamde kosten van ƒ.10.000,-- nimmer halen.

Raadsnotulen

Woensdrecht: 1922-1996 | 1983 | | pagina 45