IV beïnvloeden, goede wil is helaas bepaald niet voldoende om een goede toekomst te verzekeren. We moeten glashard erkennen: we hebben het leven en de levensomstandigheden niet in de hand. We hebben het geloof in onszelf een beetje verloren. We weten niet meer hoe we de rechten van individu en gemeenschap tegenover elkaar moeten afwegen, welke plaats we de minderheden moeten geven, hoe we de werkgelegenheid en de welvaart kunnen behouden, welke richting de vele doodarme landen in moeten slaan en - wat bij velen het meest schrijnt - wat onze levensovertuiging nu eigenlijk nog voorstelt. Geloven we nog wel ergens aan of in? Hoe onaangenaam deze situatie ook is, zij heeft eên voordeel: zij maakt ons bescheiden. Zij toont ons de ware mens, tot wiens wezenstrek het behoort niet-zeker te zijn en die een beter mens wordt als hij zich daarvan bewust is en daarnaar leeft. Als je immers beseft iets niet te weten, behoedt je dat voor verwatenheid en doordrammerij waarin je eigen opvatting niet wezenlijk ter discussie stelt en je de opvattingen van anderen eerst misvormt en vervolgens verkettert; je zult je mening of wil niet aan anderen op dringen doch ook luisteren en trachten samen te zoeken; je stelt je voorzichtiger op bij het formuleren van je rechten; je eist niet doch vraagt; je bent dankbaar voor wat je hebt; je voelt mee met hen die minder hebben; je weet dat je geen garanties hebt, voor niets. Dan onstaat er wel even een ander mensbeeld dan we stilletjes gekoesterd hebben, niet meer dat van de heer en meester, die^zijn eigen lot bepaalt, maar dat van de mens die èrvaart en aanvaardt dat hij zwak is en van veel afhankelijk. En zo kunnen we dan, gedwongen door aanwezige of drei gende of mogelijke nood, eindelijk tot nog eens echt mens worden Van een abstracte benadering van de jongste geschiede nis overgaand naar een concrete, kom ik tot het volgende overzicht. gemeentebestuur In uw college volgden de heren J. Klunder Nijland en Th. de Klerk op de heren A. van Berkel en E. de Vos, welke laatste kort na zijn aftreden overleed. De heren J. Wils en A. Schuurbiers werden benoemd tot waarnemend wethouder ter eventuele vervanging van de heren De Leeuw en Lense link, resp. van de heer Bogers. De raad vergaderde dertien maal, waarvan éénmaal op 30 april buitengewoon in verband met de inhuldiging van H.M. Koningin Beatrix. U behandelde 125 voorstellen en 59 nota's. U hebt ingesteld een hoorcommissie bezwaar- en beroepsschriften Binnen het college van burgemeester en wethouders is een begin gemaakt met de toedeling van volwaardige porte feuilles. Het investeringsschema 1980 is geheel afgewerkt. Ter tafel ligt een voorstel tot verbetering van de communicatie tussen raad en burgemeester en wethouders

Raadsnotulen

Woensdrecht: 1922-1996 | 1981 | | pagina 12