4 -
De voorzitter vraagt zich af wie na een definitieve beslissing de
standplaats zal inrichten en bekostigen* Volgens de gemeenschappe
lijke regeling Woonwagencentra West Brabant zou aart het woonwagen-
schap gevraagd kunnen worden om daarbij behulpzaam te zijnom zo
doende" vrij te blijven in de beslissing of Woensdrecht aangesloten
wenst te blijven bij het schap,, Veel zal afhangen van de mate waar
in het schap een sterk beleid aal gaan voeren»
De heer de Vos wil uittreding uit het woonwagenschap nog niet over
wegen voor dergelijke grote problemen zijn de gemeenten op samen
werking aangewezen® Volgens sprekers mening is middels dialoog tot
een betere samenwerking te komen»
De heer Jansen meent dat thans een oordeel aan de raad gevraagd
wordt omtrent een standpunt inzake het te volgen beleid. Spreker-
kan zich aansluiten bij het standpunt van burgemeester en wethouders
De heer Lenselink sluit zich aan bij de heer Jansen. Spreker vindt
het erg markant dat de P.v.d.A. 14 dagen geleden op het woonwagen-
beleid-heeft gewezen, gevolgd door het spoedoptreden van de heer
Einmahl en het adres aan de raad.»
Spreker wil in goed overleg streven naar samenwerking op het gebied
van het woonwagenbeieid Huijbergen/Woensdrecht
De heer Hoek merkt naar aanleiding van het betoog van de heer
Konings het volgende op:
sub a heeft niet'de instemming van zijn fractie,
sub b heeft niet zijn instemming tenzij artikel 11 der wet. wordt
toegepast
sub c heeft wel zijn instemming mits de woorden "in de volgende
raadsvergadering" worden geschrapt,
sub d heeft zijn volledige instemming.
De voorz111er merkt naar aanleiding van het betoog van de heer
Konings nog op:
sub a heeft nog niet. zijn instemming,
sub b in principe wordt de locatie Vinkenbergsestraat als tijdelijke
standplaats bezien,
sub c een voorstel aan de raad zal komen zo spoedig mogelijk nadat
bekend is hoeveel artikel 10-woonwagens in Woensdrecht moeten
komen»
sub d heeft uiteraard de volledige instemming van spreker.
De heer Konings merkt- op dat de door de heer Lenselink geuitte in
sinuaties voor diens rekening zijn. Hij meent dat de heer Einmahl
voor woensdag a.s. moet weten hoe Woensdrecht beslist.
De vooraltter antwoordt ontkennend; de heer Einmahl wil het stand
punt van het gemeentebestuur weten»
Wethouder Roomer wijst er op- dat dé fracties door de P.v.d.A® zijn
uitgenodigd om informatie in te winnen» Spreker heeft beloofd dat
hij zijn informatiebron niet zou noemen. Er is geen enkele poging
gedaan om eerder die bron te leren kennen
De heer Lenselink heeft in. de raad van 30 augustus 197? nog gevraagd
waar het lid Konings zijn informatie vandaan haalde.
De voorz itter vindt het een verderfelijke manier van besturen als
raadsleden van bepaalde zijden meer informatie krijgen toegespeeld
dan het college van burgemeester en wethouders.
D-e heer Konings merkt op dat Woensdrecht woensdag het besluit, aan
gedeputeerde staten moet mededelen. Bij toepassing van artikel 11
der wet moet Woensdrecht. 50% betalen. Als Woensdrecht vrijwillig
meewerkt dan richt het woonwagenschap die standplaatsen in en wor
den de niet subsidiabele kosten door het woonwagenschap gedragen.