- 2-
De voorzitter antwoordt dat bij onderzoek van de begroting door
de inspecteur die posten voor de hogere klassen niet zijn aan
vaard» De inspecteur heeft ter zake overleg gepleegd met het
schoolbestuur, welk bestuur daarop een aangepaste aanvraag heeft
ingediend.
De raad besluit zonder hoofdelijke stemming conform het voorstel
van burgemeester en wethouders»
4. VOORSTEL TOT BESCHIKBAARSTELLING VAN EEN CREDIET VOOR MEUBI
LAIR TEN BEHOEVE VAN DE R,K. KLEUTERSCHOOL AAN DE HUIJBERGSE-
WEG»
Raadsvoorstelnro14l7„ 41e wijziging gemeentebegroting 1972.
De raad besluit zonder hoofdelijke stemming conform het voorstel
van burgemeester en wethouders.
5.V VOORSTEL TOT BESCHIKBAARSTELLING VAN EEN CREDIET TEN BEHOEVE VAN
DE R.K. KLEUTERSCHOOL HUIJBERGSEWEG WEGENS AANPASSINGSWERKZAAM
HEDEN AAN HET GEBOUW PLESMANLAAN 10.
Raadsvoorstelnr1413.
39ewijziging gemeentebegroting 1972.
De heer Hoek merkt op dat er drie nieuwe aanrechtjes nodig zijn.
Hij informeert of de aanrechtjes in de bestaande school niet
overgeplaatst kunnen worden.
De voorzitter antwoordt dat de bestaand® aanrechtjes practisch
niet overgeplaatst kunnen worden uit de tien jaar oude noodlo-
kalen. Spreker zegt toe het door de heer Hoek gestelde evenwel
in de aandacht zal worden gehouden.
De raad besluit zonder hoofdelijke stemming conform het voorstel
van burgemeester en wethouders.
6. VOORSTEL TOT VASTSTELLING VAN HET BEDRAG PER LEERLING EX ARTIKEL
101 DER LAGER-ONDERWIJSWET 1920 VOOR 19 73.
Raadsvoorstelnro1415.
De raad besluit zonder hoofdelijke stemming conform het voor
stel van burgemeester en wethouders.
7. /VOORSTEL INZAKE HET AANGAAN VAN EEN GEMEENSCHAPPELIJKE REGELING
VOOR EEN BESTUURSACADEMIE. Raadsvoorstelnr1412
De heer de Vos informeert of de opleiding van de gemeente-ambte
naren ingevolge deze gemeenschappelijke regeling goedkoper zal
worden.
De voorzitter antwoordt dat zulks onzeker is. De voorgestelde
opzet waarborgt de continuiteit in leiding en bestuur.
De heer de Vos vreest dat de particuliere opleidingen zullen
blijven bestaan en door de oprichting van de bestuursacademie
daarnaast zal juist versplintering ontstaan.
De voorzitter antwoordt dat er een zeker streven zal bestaan naar
centralisatie juist vanwege het aantrekken van docenten.
De heer Heek had graag informatie gezien over eventuele reductie
en hoeveel ambtenaren er bij de bestuursacademie zullen gaan
studeren. Voorts vindt hij de bepaling in de statuten dat de
bestuursacademie alleen toegankelijk is voor leden uit Brabantse
gemeenten onjuist. Hoe meer daeLnemers, des te lager de kosten
kunnen zijn per student.
De voorzitter meent dat deze bepaling juist is ingevoegd om geen
leerlingen weg te trekken uit andere provincies. Dit is een zeker
gentleman-agreement tussen de provincies onderling. Een kostenver
gelijking is nu moelijk te maken omdat het aantal studenten van
elke gemeente niet constant is en afgewacht moet worden welke