- 6 -
Roomer, 5 stemmen voor de heren de Jonge en de Vos, 4 stemmen
voor de heren Minnebach, Luijsterburg en Verboven en 2 stemmen
voor de heer Kuijlen. Een stembriefje was ongeldig aangezien
hierop 6 in plaats van 4 namen waren vermelde
Benoemd zijn derhalve de heren Hoek, Jansen en Roomer, terwijl
een vierde lid zal moeten worden gekozen uit de heren de Jonge
en de Vos.
De heren Roomer en Jansen delen mede dat zij hun benoeming niet
wensen te aanvaarden.
De voorzitter had liever gezien dat zulks vóór de stemming was
medegedeeld.
De voorzitter vraagt of nog meer leden geen benoeming zullen
aanvaarden alvorens tot een tweede stemming zal worden overge
gaan.
De heren Jansen, Roomer, van Tilburg, Minnebach en Luijsterburg
geven te kennen dat zij een eventuele benoeming in deze commissie
niet zullen aanvaarden.
De heren Minnebach en Luijsterburg lichten toe dat zij geen be
noeming ingevolge een tweede stemming zullen aanvaarden nu de
4^ uitslag van de eerste stemming bekend is.
De heer Jansen meent dat de commissie ingesteld wordt opdat het
college van burgemeester en wethouders later zal kunnen medede
len dat zij conform het voorstel van de commissie een raadsvoorstel
doen.
Wethouder de Weert meent dat de raadsleden zich niet aan hun
verantwoordelijkheid moeten onttrekken.
Wethouder Bogers meent dat sommige leden de taak van de commissie
te zwaar vinden. Het betreft hier een commissie die burgemeester
en wethouders adviseert.
De commissie is slechts verantwoordelijk voor haar advies en niet
voor het voorstel van burgemeester en wethouders. Spreker acht
het billijk dat alle fracties zijn vertegenwoordigd in deze com
missie. Daarom moeten de leden van de minderheidsfracties zich
niet aan de verantwoordelijkheid onttrekken.
De heer Roomer licht toe dat hij volledig achter het streven
staat om ƒ.200.000,te verkrijgen uit meerbelastingopbrengst.
Spreker herinnert echter aan de érvaring met de begeleidings
commissie gemeentehuis-voorzieningen.
Als deze commissie adviseert is men reeds overtuigd van een
meerderheid in de raad, terwijl in de raadsvergadering de com
missieleden zwijgen.
Wethouder de Weert merkt op dat daaruit blijkt dat een goed
voorbereid voorstel voor de raadsmeerderheid aanvaardbaar is.
De heer Hoek stelt voor om de verkiezing van de commissieleden
tot een volgende vergadering uit te stellen.
De voorzitter stemt in met het voorstel van de heer Hoek en ver
zoekt de raadsleden om mede te werken dat deze commissie een goe
de weerspiegeling vormt van de raad.
De raad besluit zonder hoofdelijke stemming de verkiezing van de
leden van de commissie voor financiën en belastingen uit te stellen
tot een volgende vergadering.
13^Voorstel tot beschikbaarstelling van een crediet voor aanleg van
ELECTRICITEITSKABEL IN DE KOOIWEG. Raadsvoorstelnr135210e wij
ziging gemeentebegroting 1972.
De heer Roomer vraagt of dit bij de kooponderhandelingen is be
dongen.
De voorzitter antwoordt bevestigend. Bij de besprekingen met de
-deskundige-