.J-1'' ':K\; -4- I2P^STEL T0T HET VERLENEN VAN MEDEWERKING AAN AANVRAGEN VAN SCHOOLBESTUREN INGEVOLGE ARTIKEL 72 DER LAGER-ONDERWIJSWET 1920 TEN^BEHOEVE VAN DE BASIS-SCHOLEN IN DEZE GEMEENTE. 16e wijziging^gemeente-begroting 197l.Raadsvoorstelnr1256 e raad besluit zonder hoofdelijke stemming conform het voor stel van burgemeester en wethouders. 7. VOORSTEL 'OT TOEKENNING VAN EEN SUBSIDIE. Raadsvoorstel.nr.1260.19c wijziging gemeentebegroting 1971. De raad besluit zónder hoofdelijke stemming conform het voorstel van burgemeester en wethouders. 8*- uPDeDnrP-rpTPT VASTSTELLING VAN DE 3e WIJZIGING VAN DE BEZOLDIGING, VERORDENING 1970 Raadsvoorstel.1258. De heer de Vos informeert of de rijksnorm voor kilometer-ver goeding niet is verhoogd tot op 24 et. per kilometer. bSkendristter antwoordtdat daaromtrent bij de gemeente nog niets De heer Roomer informeert of deze vergoeding van toepassinq is op uitsluitend dienstgebruik of voor alle ritten. De voorzitter antwoord dat dit uitsluitend betreft een verqoe- ding voor dienstgebruik en niet voor het rijden van en naar het werk. Wel ontvangen sommige personeelsleden een vaste toe- 1 3.CJ0 e De raad besluit zonder hoofdelijke stemming conform het voorstel van burgemeester en wethouders. T0T AANVAARDING VAN EEN AANDEEL IN DE N.V. WATERMAAT SCHAPPIJ ZEELAND. Raadsvoorstel.1261. 20e wijziging gemeentebegroting 1971. e raad besluit zonder hoofdelijke stemming conform het voor stel van burgemeester en wethouders. 10.VOORSTEL TOT INTREKKING VAN EEN VERKEERSMAATREGEL Raadsvoorstel nr.1265. De voorzitter^licht het voorstel nader toe. De raad besluit zonder hoofdelijke stemming conform het voor-' stel van burgemeester en wethouders. 11,NOTA INZAKE BENOEMING VAN EEN LID IN DE COMMISSIE VOOR OPENBARE WERKEN. Raadsnotanr.1266 De voorzitter deelt mede dat burgemeester en wethouders ter voorziening in de vacature ontstaan door het vertrek van de eer Sanderson, de heer Hoek voorstellen, doch spreker merkt op dat het een vrije keuze blijft. De heer Roomer had gaarne gezien dat de candidatuur van de heer Hoek vooraf in de commissie openbare werken besproken had kunnen worden. Spreker zou daarom gaarne zien dat de keuze tot de volgende vergadering zou worden aangehouden. De voorzitter wijst op de zinsnede in het voorstel dat het lid thans benoemd moet worden, zulks ingevolge het bepaalde in artikel 3, lid 3, van de Verordening regelende de bevoegdheden en samenstelling van de Commissie voor openbare werken. De heer de Vos vraagt zich af of de Commissie openbare werken meer bekwaam is dan de raad om te oordelen of een bepaalde candidaat geschikt is voor een eventuele benoeming. Vervolgens wordt overgegaan tot schriftelijke stemming inzake benoeming van een lid in de commissie openbare werken.

Raadsnotulen

Woensdrecht: 1922-1996 | 1971 | | pagina 38