'247
stateer tot mijn genoegen dat de onderlinge verhou
dingen uitstekend zijn» Bij de uiteraard soms optre
dende verschillen van mening is er alle begrip voor
de argumenten van de ander, zodat onderscheid in'.zake
lijk inzicht geen wrijving ten gevolge heeft»
Daar de gerichtheid van de randgemeenten op Bergen
op Zoom nog roet een overheersende factor in het"
maatschappelijk leven in deze streek is en het niet
voor komt, dat een gemeente ten onrechte een door de
andere gemeenten gewenste regeling of voorziening
torpedeert, lijkt mij een "zware regeling", waarbij
de gemeenten gebonden zouden zijn aan de besluiten
van een nieuw vertegenwoordigend lichaam, voor onze
streek nog niet nodig»
Het punt planologie verdient een aparte bespre—
King» Allereerst moet een mogelijk misverstand over
de aard van planologie worden voorkomen» Onder plano
logie wordt niet enkel verstaan het opzetten van
een definitief toekomstbeeld, maar ook het aangeven
van toekomstmogelijkheden, ook al blijken ze later
niet te kunnen worden verwerke1iiktHet is een
begeleidende werkzaamheid: zij geeft richting aan,
waarschuwt, wijst' op consequenties» Ook al wordt
de schets -dat is een beter woord dan "plan"- geen
werkelijkheid, dan toch vervult zij een onmisbare
taak» Het is goed cm datvoor ogen te houden bij de
vele schetsen die worden gemaikt naar aanleiding
van telkens veranderende omstandigheden» Het zou
ons anders wel eens de moed kunnen ontnemen om nog
over de toekomst na te denken en »»»»voor het ont
werpen van mogelijkheden te betalen» En dat zou wel
het domste wezen wat we kunnen doen:"een volk dat
leeft bouwt aan zijn toekomst" en planologie is een
element van het bouwen aan de toekomst»
Maar nu terzake» Er is een werkcomité van des
kundigen gevormd, waarin zitting hebben o»a»Ir»de
Ranitz, IrCoffeng(verkeerDrs»Westerhout(economie)
en onze gemeentelijke planoloog Ir»Margry» Dit werk
comité heeft voortgetimmerd aan een uitgebouwd plan
Scheldezoom, in de wandeling Scheldezoom II genoemd»
Een project, te weten een ontwerp wegenstructuur, is
al rijp voor bespreking met Rijks— en Provinciale
Waterstaat»
De in het, door U op 19 maart 1968 besproken,
rapport van het Overlegorgaan Zeehavenontwikkeling
Zuidwest Nederland gesuggereerde studiecommissies
zijn thans bijna alle ingesteld» Dit betekent dat o»a»
het Reimerswaalplan weer wat dichter bij zijn defi
nitieve ontwerp zal komen» Indien de vestiqing van
Shell—chemie in het Zekluzagebied —een uit het oog
punt van werkgelegenheid op korte termijn gelukkige
gebeurtenis- aanleiding zou geven tot een zeehaven
ontwikkeling nabij Moerdijk, zou de realisering van
eimerswaal vrees ik daardoor sterk worden geremd»
et is daarom te hopen dat de Regering vast zal hou-
en aan de hoofdlijnen van de 2e Nota over de Ruimte—
ïjke Ordening op dit punt en aan haar tot nu toe met
em gegeven verzekering, dat een zeehavenontwikkeling
bij Moerdijk niet zal plaats vinden» Op het vasthouden
van dit beginsel zal nauwlettend moeten worden toege
zien»
