211 - 6 - Wethouder de WEERT dringt bij de heer Verswijver aan op het noemen van de naam van de zegsman,, De heer VERSWIJVER zegt nogmaals geen slachtoffers te willen maken» Wethouder de WEERT meent dat de heer Verswijver slechts oppositie voert om via de pers verkiezingspropaganda te voeren». De heer A»M»JANSEN verzoekt schorsing van de vergadering om over leg te kunnen plegen met de Secretaris of met de Voorzitter» De VOORZITTER verklaart dat de Secretaris geen politieke ambtsdra ger is, en dat het hem daarom onjuist lijkt de Secretaris persoon lijk bij deze zaak te betrekken» Spreker voelt er zelf ook niet veel voor om het gevraagde onderhoud toe te staan» De SECRETARIS merkt op dat hij volgens ziin taak verplicht is de Raadsvergaderingen bij te wonen» De heer A»M.JANSEN informeert naar de wijze waarop de opdracht is verstrekt De VOORZITTER antwoordt dat de opdracht tot verbetering van de Nijverheidsstraat niet nauwkeurig is orr.schreven, daardoor is men per abuis te ver gegaan» Wethouder BOGERS bekent dat hij een fout heeft gemaakt door opdracht te geven voor bestrating met nieuwe klinkers in plaats van het werk stil te leggen» Als de Raad het voorstel niet aanvaardt is het ver worpen en zal spreker de verantwoordelijkheid moeten aanvaarden van zijn goede wil om een ambtenaar die een abuis gemaakt heeft te hel pen zonder echter eerst de Raad te horen» Spreker wil geen "kleine" schuldige zoeken, maar zelf de aansprakelijkheid aanvaarden» Spreker verzoekt echter de Raad om goedkeuring aan het crediet te verlenen, zoals in het verleden al meer is geschied bij goede samen werking tussen de Raad en Burgemeester en Wethouders» De heer J.J.JANSEN vindt alles heel onduidelijk» Gewoonlijk wordt een zaak eerst in de Wegencommissie behandeld, daarna komen Burge meester en Wethouders met een Raadsvoorstel om crediet» In dit ge val zou het College van Burgemeester en Wethouders het geven van de opdracht hebben gedelegeerd aan de Directeur Gemeentewerken; deze weet echter van niets. Er is geen schriftelijke opdracht verstrekt en daardoor is de fout begaan» De heer A.M.JANSEN informeert of de beslissing over dit voorstel niet tot een volgende vergadering kan worden uitgesteld» De VOORZITTER antwoord ontkennend; Burgemeester en Wethouders zijn van oordeel dat uitstel geen zin heeft en dat de Raad de beslissing niet kan uitstellen volgens artikel 58 der Gemeentewet» Wethouder BOGERS zou de openbare vergadering willen schorsen. De heer WEIJTS merkt op dat waar gewerkt wordt, worden ook fouten gemaakt; het gaat bij verschillende Raadsleden niet om het feit van het crediet te voteren, maar om meer openheid te krijgen in deze zaak» Wethouder Bogers heeft weliswaar de verantwoordelijkheid op zich genomen, maar het is bekend dat hij niet de opdrachtgever voor het uitbreken van dat wegvak is geweest» Wethouder BOGERS herhaalt nogmaals dat opzichter Juijn een abuis heeft gemaakt en toen dit feit er lag heeft spreker opdracht gege ven cm ook het uitgebroken (oostelijk)deel van de Nijverheidsstraat te bestraten. In de toekomst zullen de opdrachten scherper worden omschreven. Spreker had gehoopt dat de Raad achteraf het crediet wel zou voteren. De heer J.J.JANSEN informeert hoe de opdracht tot verbetering van de Tuinstraat, Valkenstraat en Nijverheidsstraat heeft geluid.

Raadsnotulen

Woensdrecht: 1922-1996 | 1969 | | pagina 61