1C 8
- 7 -
Wethouder BOGERS merkt op dat het maaien van wegbermen (met
allerlei vreemde voorwerpen er in) een riskant werk is; het
is goedkoper dit werk aan een loonbedrijf uit te besteden of
anders de wegbermen regelmatig af te steken zodat hoog gewas
zich niet kan ontwikkelen»
De heer VERSWIJVER merkt op dat de veegmachine waarschijnlijk
maar anderhalve dag per week gebruikt zal worden; deze uitgave
zal daarom niet rendabel zijn bij -3-J dag leegstand per week»
Wethouder BOGERS antwoordt dat de veegmachine gezien moet wor
den als een hulpstuk bij de trekker; do trekker zal practisch
altijd in bedrijf zijn»
De heer KUIJLEN bevestigt de meaning van wethouder Bogers» Spre
ker heeft vroeger reeds de suggestie gedaan om een trekker aan
te schaffen» Al naar gelang behoefte kunnen nu hulpstukken wor
den aangebouwd bijvoorbeeld de sneeuwschaaf voorop en een zout-
strooier achterop»
De VOORZITTER deelt mede dat het straatvegen beter en goed
koper met de veegmachine kan gebeuren; misschien bestaat nog
de gelegenheid om de veegmachine voor enkele dagen per week
te verhuren aan andere gemeenten»
De RAAD besluit vervolgens zonder hoofdelijke stemming conform
het voorstel van Burgemeester en Wethouders»
VOORSTEL TOT VASTSTELLING VAN DE 15e WIJZIGING DER ALGEMENE
POLITIEVERORDENING» Raadsvoorstel nr»1008»
Do VOORZITTER licht het voorstel toe»
De heer JANSEN vindt het strafbaarsteilen van "het uit de car
ter op een weg laten druppelen van olie" te streng; uit elke
auto kan wel eens iets olie druppen.
De VOORZITTER merkt op dat in de verordening is opgenomen "lopen
in plaats van druppelen»
De heer LUIJSTERBURG informeert of krachtens de voorgestelde
wijziging kan worden opgetreden tegen houders van honden welke
hinderlijk zijn voor de buurtbewoners
De heer de VOS verzoekt om scherper politietoezicht op loslo
pende honden; in nieuwe straten wordt geklaagd dat loslopende
honden de pssaangelegde tuinen vernielen»
De heer VERSWIJVER stelt voor om hondenpenningen in te voeren,
zodat steeds vastgesteld kan worden wie de eigenaar van een be
paalde hond is» Nu is verhaal van schade vaak onmogelijk om
dat de eigenaar van de hond onbekend is»
Wethouder de WEERT antwoordt dat het houden van honden is te
beschouwen als een liefhebberijdaarom moeten daarvoor geen te
strenge eisen worden gesteld; anderzijds moet men de honden zo
danig houden en begeleiden dat anderen er geen last van onder
vinden.
De VOORZITTER deelt mede dat een ieder die last ondervindt
van bepaalde honden zulks bij de Rijkspolitie kan melden,
liefst met vermelding van de eigenaar van de hond; daardoor
wordt het voor de Politie gemaklijker gemaakt om handelend op
te treden. De ervaring is echter dat niemand gaarne klachten
over met name te noemen personen bij de Politie indient»
Spreker doet de suggestie om de houders van honden middels een
ciculaire te attenderen op de bepalingen in de Algemene Poli
tieverordening ten aanzien van het houden en laten lopen van
honden.
De RAAD besluit vervolgens zonder hoofdelijke stemming conform
het voorstel van Burgemeester en Wethouders.