82 - 4 - De VOORZITTER merkt op dat de honorering voor het opstellen van het plan geheel los staat van de realisatie ervan; spreker betreurt het ook dat de plannen niet gerealiseerd zijn, maar heeft toch waardering voor de ontwerpers van het plan. De heer de VOS maant aan om in de toekomst niet te ver vooruit te lopen op van overheidswege ontworpen plannen of gedane suggesties. De heer JANSEN stelt daartegenover dat men eerst plannen moet ontwerpen, opdat men daarmee bij andere instanties voor de dag kan komen; de daaruitvoortvloeiende kosten moeten betaald worden. De heer KUIJLEN vindt de in rekening gebrachtekosten relatief aan de lage kant. De SECRETARIS merkt op dat deze kosten zijn gemaakt om te kunnen beschikken over een ontwerpplan waarover gesproken kon worden. De RAAD besluit zonder hoofdelijke stemming conform het voor stel van Burgemeester en Wethouders. 6. VOORSTEL TOT BESCHIKBAARSTELLING VAN EEN CREDIET VOOR VOORBE REIDING VAN EEN BOUWPLAN VOOR EEN AMBTSWONING VOOR DE BURGE- Raadsvoorstel nr. 907. 3e wijziging gemeentebegroting De VOORZITTER verwijst naar het pre-advies en deelt mede dat Wethouder de Weert zich bereid heeft verklaard om de behande ling van dit voorstel te leiden. Wethouder de WEERT deelt mede dat voorgesteld wordt om een crediet te voteren waaruit kosten kunnen worden bestreden voor het opmaken van een ontwerpplan voor de bouw van een ambts woning voor de burgemeester; onderzocht zal moeten worden of de bouw van deze ambtswoning mogelijk is op de door de Burge meester gewenste plaats i.e. aan de Nieuweweg tegenover de Nederheide en voorts moet de beschikking worden verkregen over een ontwerpplan, aan de hand waarvan besprekingen kunnen worden gevoerd met het provinciaal bestuur. De heer JANSEN acht het een wijs beleid en hecht zijn goedkeu ring aan het voorstel; de vorige burgemeesters moesten telkens zelf hun huisvesting zien te vinden. De neer MINNEBACH vindt het bouwterrein, op de ontgraven arond ongunstig gelegen; voorts informeert spreker naar de oppervlakte van het bouwperceel en de geraamde stichtingskosten. Wethouder de WEERT antwoordt dat de helling aan de Onderstal zal worden afgegraven; de grootte van het bouwperceel zal in overleg met Gedeputeerde Staten worden vastgesteld en de bouw kosten zijn zeer globaal te ramen op ƒ.100.000, De heer MINNEBACH vreest dat dan de exploitatie van deze woning zeer onrendabel zal zijn; te wiens laste zullen de kosten ko men indien deze woning bij wisseling van burgemeester komt leeg te staan. Wethouder de WEERT antwoordt dat de vergoeding van de ambts woning is geregeld in het Bezoldigingsbesluit Burgemeesters en dat eventuele leegstand ten laste van de gemeente komt. De heer VERSWIJVER informeert of de Burgemeester accoord gaat met het voorstel; rekeninghoudend met de voorgeschreven korting op de wedde en de kosten van onderhoud van een dergelijke grote woning en voor de tuinonderhoud, is in vroegere jaren nimmer besloten tot de bouw van een ambtswoning over te gaan. li

Raadsnotulen

Woensdrecht: 1922-1996 | 1968 | | pagina 9