Weijts, van Zundert en Wethouder Bogerstégen stemden de leden: Coremans, Jansen Kuijlen, van Tilburg en Verswijver; zodat het voorstel van Burgemeester en Wethouders is aanvaarde VOORSTEL INZAKE OPRICHTING VAN EEN NAAMLOZE VENNOOTSCHAP BETREFFEN DE DE BURGERLUCHTVAART.Raadsvoorstel nr.930. 19e wijziging gemeen tebegroting 1968, De VOORZITTER verwijst naar het pre-advies en het behandelde in de besloten vergadering van 2 mei 1968. Voorts deelt de Voorzitter mede dat omtrent de nieuwe bestemming van de Vliegbasis nog niets bekend is. In de oorpronkelijke opzet van de N.V.Aero-Woensdrecht was gerekend op medegebruik door de burgerluchtvaart, van de Vliegbads, dus met behulp van de diensten van de Luchtmacht zoals v/eerdienst, verkeerstoren en brandweer. Nu besloten is om de Vliegbasis als militaire basis op te heffen ondervindt men het na deel dat misschien geen gebruik meer kan worden gemaakt van de ge noemde servicediensten van de Luchtmacht; anderzijds heeft men het voordeel dat de burgerluchtvaart geen hinder bezorgt aan het mili taire vliegverkeer, zodat denkelijk meer gelegenheid voor gebruik van het vliegveld door de burgerluchtvaart zal worden gegeven. Waar schijnlijk zal de nieuwe ontwikkeling derhalve de taak van de N.V. Aero-Woensdrecht-alléén te boven gaan. Indien de burgerinstanties voor de exploitatie van de vliegbasis moeten zorgen, zal een nieuwe exploitatiemaatschappij moeten worden opgericht met eigen kapitaal en personeel; een dergelijke maatschap pij gaat boven de financiële draagkracht van het gewest; verwacht wordt echter dat het Ri jk de zeer grote investeringen in de vliegba sis niet zonier meer zal laten liggen, maar er een zekere exploita tievorm voor zal zoeken. Het Rijk wacht echter de reacties van het gewest en het bedrijfsleven af; daarom doen Burgemeester en Wet houders met nog meer klem dit voorstel tot oprichting van de N.V. Aero-Woensdrecht; hierdoor wordt een gesprekspartner voor het Rijk gevormd. De heer VERSWIJVER vraagt zich af wat in het pre-advies op blz.l bedoeld wordt met "benutten" van het vliegveld. Spreker meent dat de nadelen voor de ingezetenen onder de aandacht van het Ministe rie van Defensie moeten worden gebracht en dat verzocht moet wor den om een zekere compensatie voor de gedupeerden; voorts stelt spreker voor om industrieën te vestigen in de militaire gebouwen ter vergroting van de werkgelegenheid en ter bevordering van de bur gerluchtvaart. De VOORZITTER antwoordt dat niet alleen naar de negatieve zijde van de opheffing van de vliegbasis moet worden gekeken, maar ook naar de positieve zijde: als Aero-Woensdrecht zal slagen, zal misschien in de toekomst meer werkgelegenheid ontstaan. Het is nog onbekend welke militaire gebouwen zullen vrijkomen en welke bestemming daar aan zal v/orden gegeven. Overigens bestaat er nog maar geringe be langstelling voor het beschikbare gemeentelijke industrieterrein aan de rand van de Vliegbasis alhoewel de grondprijs daarvan zeer redelijk is. Het vliegveld zal beter benut kunnen worden voor het burgerluchtvaart verkeer en het aantrekken van ondernemingen die belang hebben bij het luchtverkeer. De heer VERSWIJVER meent dat het Rijk een belangrijke steun zou kun nen geven door de terreinen en gebouwen op billijke voorwaarden be schikbaar te stellen. De VOORZITTER antwoordt dat het gemeentebestuur diligent blijft ten aanzien van de werkgelegenheid met betrekking tot de gewijzigde be stemming van de vliegbasis; overigens zal de Minister van Defensie

Raadsnotulen

Woensdrecht: 1922-1996 | 1968 | | pagina 29