88 10 - Voorwac.rde van de beschikking was, dat vóór eind april 1968 de fundamenten van de 97 woningen zouden zijn gelegd. Vandaar hebben wij herhaaldelijk er bij de stichting op aangedrongen spoedig omtrent realisering van het complex te beslissen. Op 30 januari 1968 hebben wij nog een geheel uitgewerkt bouwplan ingezonden. In verband net het lange uitblijven van een beslissing van de stichting hebben wij contact opgenomen ra et het bestuur van de Woningbouwvereniging Bergen op Zoom, dat bereid bleek het 97- woningen project te realiseren en zich ook overigens voor de volkshuisvesting in Voensdrecht te willen inzetten. Via het Katholiek Instituut voor Volkshuisvesting en rechtstreeks contact met het Ministerie bleek echter, dat de hiervoor nodige statuten wijziging van de Woningbouwvereniging Bergen op Zoom slechts rainisteriële goedkeuring zou verwerven, indien de stichting zich geheel uit Voensdrecht zou terugtrekken. Bij circulaire van h januari 1968 deelde de stichting mede, dat zij bereid was een aantal woningwetwoningen te bouwen, gelijk aan het totaal aan de deelnemende gemeenten toegewezen contingent xvoningwetwoningen, plus maximaal eenzelfde aantal premiewoningen. Bij besprekingen op 1 februari en 5 februari 1968 bleek de stichting in totaal een bouwstroom van 250 woningen te willen realiseren. Eerst heden ontvingen wij een definitief afwijzend bericht van de stichting met betrekking tot het 97-woningen plan. De redenen zijn niet genoemd, doch zijn vermoedelijk gelegen o.a, hierin, dat de stichting in 19ÓS slechts in een bouwstroom wil bouwen, met één aannemer of combinatie van aannemers, en daarnaast des noods en bij hoge uitzondering nog een klein aantal woningen. Wat er ook verder van de motieven van de stichting zij: wij hebben uit de hele gang van zaken de conclusie getrokken, dat het voor de volkshuisvesting in Woensdrecht beter zou zijn, indien de woningbouw in Woensdrecht zou worden losgekoppeld van de stichting. Als voornaamste motieven noem ik: a. de ervaring heeft geleerd, dat een woningbouwproject, waarbij vele gemeentebesturen betrokken zijn, slechts langzaam van do grond komt b. de stichting wil alleen in een bouwstroom bouwen, hetgeen meebrengt dat in de hele streek dezelfde woningen tot stand komen en met specifieke behoeften aan bepaalde typen in enige gemeenten geen rekening kan worden gehouden; c. daar de stichting maar een beperkte financiële, administra tieve en technische capaciteit heeft, kan zij slechts een be perkt aantal woningen aan, waardoor aan de grote woningbe hoefte net name in Woensdrecht niet voldoende recht kan worden gedaan; d. de stichting blijkt niet in staat te zijn tijdig, d.w.z. in het najaar vóór het jaar waarin gebouwd moet worden, concrete bouwplannen te maken; tengevolge hiervan stagneert de woning bouw meer dan nodig is. Deze traagheid wordt wel heel duidelijk gedemonstreerd in de zojuist vertelde gesohiedenis van het 97-woningen plan. Ondanks onze grote waardering voor het vele werk, dat door de stichting in de afgelopen jaren is verricht en waardoor de volkshuisvesting ook in onze gemeente zeer is bevorderd, hebben wij derhalve gemeend dat de stichting toch niet het ideale kader is, x/aarbinnen do volkshuisvesting in Woensdrecht blijvend kan worden verzorgd.

Raadsnotulen

Woensdrecht: 1922-1996 | 1968 | | pagina 15