li 8 23 MUM 5 - VOORSTEL TOT WIJZIGING EN HERNIEUWDE VASTSTELLING VAN DE WINKELSLUITINGSVBRORDENING. ~+fVn. De VOORZITTER licht toe dat de wijziging betrekking hee^t op, a. de regeling van de verkoop van visaas op zondagmorgen^ De RAAD besluit zonder hoofdelijke stemming conform het voorstel van Burgemeester en Wethouders. riP b. de instelling van een koopavond op vrijdag, tegelijk met weekmarkt. De Heer ROOMER deelt mede dat hij gaarne een dergelijk voorstel zijn stem wil geven, maar spreker zou toch graag een schriftelijk verzoek zien van de winkeliers die gete kend hebben dat zij een koopavond wensen. Volgens sprekers ervaring hebben verschillende winkeliers het raadsbeslui tot instelling van de weeksiarkt scherp afgekeurd en nu zouden diezelfde winkeliers om een koopavond tijdens de vrijdagmarkt verzoeken. ^loo De VOORZITTER antwoordt dat door bemiddeling van de plaat selijke middenstandsvereniging na 1 februari 1965 aan de Kamer van Koophandel is verzocht om instelling van koopavond; daarbij is een verzoekschrift overlegd met handtekeningen. De Heer ROOMER heeft de indruk dat die handtekenmglijst door de middenstandsvereniging is gebruikt a. bij ae ge meenteals blijk dat zij tegen de instelling van de week markt zijn; b. bij de Kamer van Koophandel; als blijk dat zij voorstander zijn voor het instellen van een koopavond. De Heer VERSWIJVER kan instemmen met het instellen van een koopavond, maar wil daaraan de voorwaarde verbinden dat er alsnog een schriftelijk verzoek wordt ingediend door ae belanghebbende middenstanders. De VOORZITTER licht toe dat zowel bij de gemeente als bij de Kamer van Koophandel een lijst met dezelfde handtekenin gen is overgelegd: de voor de gemeente bestemde lijst was gevoegd bij een verzoekschrift om niet tot instelling van. een weekmarkt over te gaan; de voor de Kamervan Koophandel bestemde lijst was gevoegd bij een soortgelijke menings uiting echter met de toevoeging dat indien uoch tot inotei ling van een weekmarkt wordt overgegaan dan ook te willen adviseren voor het instellen van koopavond op vrijdagavond. Spreker stelt daarom voor om aan de Kamer van Koophandel een afschrift te vragen van het door de Middenstandsver eniging bij haar ingediende verzoek. De Heer RIJKELIJKHUIZEN stelt dat de Raad bij de instel ling van de weekmarkt het eens was dat ook de miadensten ders dan tegelijkertijd een koopavond moesten hebben. Nu de middenstand een koopavond verlangt, zal de Raad to in stelling ven een koopavond moeten overgaan. De Raad moei hier zelfstandig beslissen in het algemeen belang en tevens in het belang van de middenstanders. De SECRETARIS licht toe dat hij tijdens een onderhoud met enkele leden van de Middenstandsvereniging mondeling heelt verzocht om hun opvatting duidelijk omschreven aan het Gemeentebestuur kenbaar te maken. Het Bestuur^van de Mid denstandsvereniging zag hiervoor geen aanleiding. Haar standpunt blijft gehandhaafd; zij zijn vóór een koopavona indien een weekmarkt wordt ingesteld.

Raadsnotulen

Woensdrecht: 1922-1996 | 1965 | | pagina 23