- 2 -
1 q V, - 19
kBericht van Gedeputeerde Staten van Noord-Brabant G nr. 78000 d.d.
4 maart 1964 dat wordt ingestemd met het besluit van 18 december
1963 tot het toekennen van uitkeringen over 1963 in verband met de
nacalculatie van de "trend" 1963 en de Wet Pensioenmaatregelen 1963*
1. Besluit van Gedeputeerde Staten van Noord-Brabant G nr. 8Ï961 d.d.
11 maart 1964 tot goedkeuring van het raadsbesluit van 27 februari
1964 tot het onderhands aanbesteden van de bouw van 40 woningwet
woningen.
De RAAD besluit zonder hoofdelijke stemming deze stukken voor kennis
geving te aanvaarden,
3//VOORSTEL TOT VASTSTELLING VAN DE BEBOUWDE KOM INGEVOLGE DE BOSWET.
De VOORZITTER licht het voorstel toe aan de hand van het pre-advies.
De Heer WEIJTS merkt op dat volgens dit voorstel de zg, leemput aan de
Nieuweweg binnen de bebouwde kom ligt. Spreker informeert of nu ook
regelend kan worden opgetreden tegen het storten van vuilnis in die
leemput
De VOORZITTER antwoordt dat in het onderhavige voorstel sprake is
van de "Bebouwde kom ingevolge de Boswet". Deze begripsbepaling
geldt alleen voor de toepassing van de bepalingen 4er. Boswet, Voor de
toepassing van de Algemene Politieverordening geldt als bebouwde kom:
de bebouwde kom waarvan de grenzen door Gedeputeerde Staten zijn
vastgesteld ingevolge art. 8 van de Wegenverkeerswet en voor de be
palingen met betrekking tot openbare wegen: de kom waarvan de grenzen
door Gedeputeerde Staten zijn vastgesteld krachtens artikel 27 der
Wegenwet
De Heer VERSWIJVER informeert of het gebied op de Heimolen hetwelk
in het uitbreidingsplan in hoofdzaken is bestemd voor agrarische ken.-
bebouwing geen nadelige gevolgen ondervindt van het feit dat het nu
wordt aangeduid als liggende binnen de bebouwde kom van de Boswet.
De VOORZITTER antwoordt dat eventuele nadalige gevolgen juist voor
komen worden omdat dit gebied als bebouwde kom ingevolge de Boswet
is aangemerkt. Immers binnen deze bebouwde kommen kan de Raad ver
ordeningen vaststellen inzake het vellen enz. van bomen; hieraan is
momenteel echter nog geen behoefte. Buiten de bebouwde kommen wordt
deze materie geregeld in de Boswet.
De RAAD besluit vervolgens zonder hoofdelijke stemming conform het
voorstel van Burgemeester en Wethouders.
4./VOORSTEL TOT NOODZAKELIJK/VERKLARING VAN UITBREIDING VAN HET LEERPLAN
VAN DE LANDBOUW/HUISHOUDSCHOOL
De VOORZITTER licht het voorstel toe aan de hand van het pre-advies.
Spreker deelt mede dat er tussen de besturen van de verschillende huis
houdscholen! in het gewest een samenwerking plaats heeft, waardoor het
leerplan van de verschillende huishoudscholen zodanig wordt opgezet
dat zoveel mogelijk opleidingen binnen redelijke afstand te volgen
zijn; hierdoor worden doublures voorkomen en kunnen de leerlingen na
hun eerste opleiding verschillende studierichtingen voor het voort
gezet nijverheidsonderwijs volgen.
De RAAD besluit vervolgens zonder hoofdelijke stemming conform het
voorstel van Burgemeester en Wethouders,
5./VOORSTEL TOT BESCHIKBAARSTELLING VAN EEN CREDIET VOOR BOUWRIJPMAKEN
VAN GRONDEN NABIJ DE PUTSEWEG, 10e WIJZIGING GEMEENTEBEGROTING 1964).
De VOORZITTER leest het raadsvoorstel voor.
De RAAD besluit zonder hoofdelijke stemming conform het voorstel van
Burgemeester en Wethouders.