ft OPïNÏASK lEESADESIia van de Raad der gemeente Woensdrecht op donderdag 8 februari 1962 des avonds te zeven uur dertig. VOORZITTER: Drs.L.J.Hermans, Burgemeester, SECRETARIS: Chr.van Kaam, AANWEZIG de leden Vos, van Overveld, de Dooij, Roomer, van Tilburg, Verboven, Bogers, de Weert en de Wethouders Verswijver en Jansen. AFWEZIG het lid Daverveldt, De VOORZITTER opent de vergadering met gebed. Tot voorstemmer wordt door het lot aangewezen het lid de Weert, De VOORZITTER deelt mede dat hij dit jaar geen officieel voorbereide Nieuwjaarsrede zal houden. Aan het statistisch overzicht hetwelk aan de raadsleden is toegezonden, wil spreker slechts nog ehkele gedachten toevoegen. De redenen hiervan zijn dat spreker door moeilijke huise lijke omstandigheden niet in staat is geweest om een uitgebreid over zicht samen te stellen. Spreker uit in dit verband zijn waardering voor de wijze waarop door de Wethouders en ook de Secretaris de lo pende zaken worden behartigd gedurende de periode dat spreker dit niet voldoende kan doen. Voorts acht spreker het niet oppertuun thans een uitgebreid overzicht van het gemeentelijk bestuursbeleid te schetsen, aangezien de gemeente thans in een stadium van afwachten verkeert. De Regering heeft in 1961 kort voor de Statenzitting toestemming gegeven om mede te delen dat in principe Rijkssteun zal worden verleend -toor de reali satie van de eerste fase van het Kreekrakplan, Daarna zijn door de ge- zamelijke Provincies Noord-Brabant en Zeeland vier werkcommissies in gesteld. Het is de taak van de Provincie om de gemeentebesturen in te lichten omtrent de werkzaamheden en vorderingen van deze werkcommis sies, zodat spreker zich niet competent acht hierop verder in te gaan. Vervolgens deelt de Voorzitter mede dat in 1961 de goedkeu ring is ontvangen op het gevoteerde crediet voor de uitvoering van de eerste fase van aanleg van een industrieterrein aan de Huijbergseweg. Dit object zal in het voorjaar 1962 in uitvoering worden genomen. Het zal nu zaak worden om voor dit terrein enkele industrieën aan te trek ken en bij eventuele vestiging ervan het aantrekken van het benodigde personeel te bevorderen. In dit verband waarschuwt spreker tegen de uitgaande pendel, welke zich nu al gaat uitstrekken tot Duitsland. Uiteraard is iedere werknemer vri| om te gaan werken waar hij wil, maar hij dient toch te bedenken dat een pendelaar, bij een verlangen om dichter bij huis te gaan werken, voor grote moeilijkheden kan komen te staan. Wanneer een pendelaar genoegen wil nemen met een lager of zelfs gelijk loon voor werk in eigen streek, dan kan hem de ontslagvergun ning geweigerd worden omdat aan het ontslag geen vooruitgang verbonden is voor de werknemer. Bij de beoordeling of de nieuwe werkkring voor de^arbeider een vooruitgang betekent, wordt alleen gelet op het finan ciële voordeel en ITIET.op de sociale vooruitgang i.e. de betere leef baarheid in eigen omgeving. Aan de pendel naar Duitsland kleven nog grotere bezwaren: vaak ontbreken aan de Duitse werkkring verschillende sociale voorzieningen. Ogenblikkelijk levert dit werken in Duitsland een groot financieel voordeel op, maar op langere termijn bezien be-

Raadsnotulen

Woensdrecht: 1922-1996 | 1962 | | pagina 1